
Ryder Cup voor aandelen
Door Martine Hafkamp
Dat was ook niet zo vreemd. Sinds 2008 heeft het Amerikaanse stelsel van Centrale Banken, de Fed, de geldpers flink aangezet terwijl de ECB pas in een veel later stadium tot een vorm van kwantitatieve verruiming is overgegaan.
Tot eind 2014 bleven de Verenigde Staten in koerswinstverhouding gemeten een voorsprong behouden, maar mede door de ingezette operatie van de ECB is dat sinds de eerste maanden van dit jaar veranderd.
Tot de kredietcrisis liepen de koerswinstverhoudingen overigens redelijk met elkaar in lijn. Wel waren ze in de Verenigde Staten traditioneel altijd iets hoger. Dat is het gevolg van de grotere liquiditeit van de Amerikaanse aandelenmarkt en de grotere aantrekkingskracht op buitenlanders. De dollar is immers wereldwijd nog altijd veel populairder dan de euro.
Koerswinstverhouding
Volgens Global Stock Market Valuations van Star Capital (een heel leuk plaatje waar je op een land kunt klikken om de actuele koerswinst-verhouding te krijgen) is de koerswinstverhouding, gebaseerd op trailing earnings, van de Verenigde Staten 20,6, terwijl deze in bijvoorbeeld Nederland 23,4 bedraagt.
In Duitsland geldt een waarde van 21 en in Frankrijk 24,3. Er heeft in de eerste maanden in Europa dus een behoorlijke inhaalslag plaats gevonden. Er is zelfs sprake van een behoorlijke overwaardering (Nederland, Frankrijk) ten opzichte van de Verenigde Staten.
Europa als geheel noteert op een koerswinstverhouding van 22,6. Dit is eveneens hoger dan de gemiddelde waardering van de Amerikaanse aandelenmarkt.
Uniek
Deze huidige hogere Europese aandelenwaardering is in historisch perspectief redelijk uniek. In de ontwikkeling van de afgelopen maanden zien we de invloed van de belofte van de ECB, om zijn beleid nog tot de zomer van 2016 vol te houden, duidelijk terug.
Vanuit beleggingsoogpunt zit er overigens wel een duidelijke logica in. De Europese winsten dienen tegen een lagere langetermijnrente te worden verdisconteerd dan de Amerikaanse.
De gemiddelde tienjaarsrente in Europa ligt aanmerkelijk (1 tot 2 procent) lager dan die in de Verenigde Staten. Hoe langer de termijn waarin de winsten tegen deze andere rentevoet moeten worden verdisconteerd, hoe groter het verschil.
Winstgevendheid
Is de winstgevendheid van Europese beursgenoteerde ondernemingen daadwerkelijk hoger? Nee, er is veeleer sprake van een inhaalslag. De huidige overwaardering lijkt dus eerder het gevolg van de lagere rente.
Becijferd via het BNP is de huidige Amerikaanse economie groter dan voor de kredietcrisis. In Europa hebben we om dat te bereiken echter nog een lange weg te gaan.
Feitelijk liggen de Verenigde Staten dus nog voor en dat is weer terug te vinden in de CAPE (Cyclically Adjusted Shiller-PE). Dat is de koers gedeeld door de winst over de afgelopen tien jaar.
De CAPE van de Amerikaanse aandelenmarkt is dan nog steeds aanzienlijk hoger: 28,8 tegen 15,2 voor de Europese. Voor de Nederlandse beurs komt de CAPE uit op 18,5.
Wanneer de tienjaarsrentes van de Verenigde Staten en Europa gelijk getrokken worden, zal de koerswinstverhouding van de Verenigde Staten weer zijn traditioneel licht hogere stand aannemen. De huidige verhouding is daarmee niet meer dan een tijdelijke afwijking.
Het is voor beleggers echter wel een signaal. Het wordt waarschijnlijk relatief interessanter om te beleggen in de Verenigde Staten dan in Europa, omdat de koerswinstverhoudingen uiteindelijk weer naar elkaar toe zullen tenderen.
Martine Hafkamp is algemeen directeur van Fintessa Vermogensbeheer. Zij won in 2012 de Gouden Stier voor de Beleggingsexpert van het jaar. Volg Martine ook op Twitter.com/Martinehafkamp