
Astronomen nemen verwoesting van sterren waar
De opnamen zijn opgespoord in het omvangrijke archief van de Sloan Digital Sky Survey (SDSS). Een ster die zich te dicht in de buurt waagt van het superzware zwarte gat in de kern van zijn sterrenstelsel, ondervindt extreme getijdenkrachten waar hij uiteindelijk aan bezwijkt.
Lang niet alle stermaterie verdwijnt vervolgens direct in het zwarte gat: een groot deel cirkelt er nog weken of maanden omheen. De hevige wrijving die daarbij optreedt, resulteert in uitbarstingen van straling die tidal disruption flares (TDF's) worden genoemd.
Opsporen
Het opsporen van die uitbarstingen is lastig, omdat ze niet gemakkelijk onderscheidbaar zijn van bijvoorbeeld supernova-explosies, die veel vaker optreden. Toch lijkt het de astronomen nu te zijn gelukt om beelden van twee TDF's te vinden.
Daartoe hebben zij de gegevens doorgespit van meer dan twee miljoen sterrenstelsels die de afgelopen tien jaar verschillende keren zijn bekeken in het kader van de SDSS-survey.
Opvallend
Daarbij werden 342 opvallende uitbarstingen ontdekt, waarvan er twee niet aan supernova's of andere bekende oorzaken konden worden toegeschreven. De beide uitbarstingen vertonen eigenschappen die overeenkomen met hoe een tidal disruption flare er theoretisch uit zou moeten zien.
Afgemeten aan het aantal sterrenstelsels dat de afgelopen tien jaar bekeken is, betekent dit dat het superzware zwarte gat in de kern van een sterrenstelsel gemiddeld eens in de 100.000 jaar een ster te pakken krijgt.