
Is de smartphone op school onmisbaar geworden?
"De meeste middelbare scholen maken gebruik van digitale middelen, waaronder applicaties op smartphones om te communiceren met leerlingen", zei Anita Schwab van stichting Leergeld Den Haag eerder deze week.
Huiswerk en lesroosters worden in veel gevallen via smartphone-apps doorgegeven. Handig, want leerlingen hoeven niet langer een telefoonboom af te bellen als bijvoorbeeld het eerste lesuur uitvalt.
Inmiddels is de smartphone in veel klassen niet meer weg te denken zijn. De NOS concludeerde bij een rondgang in 2015 dat 85 procent van de scholen smartphones op school gebruikt. Op de helft van de scholen mag die gebruikt worden in de klas, mits de leraar toestemming geeft.
Dat apps een steeds grotere rol spelen, blijkt ook uit data van schoolsoftwaremaker Magister. Het bedrijf levert zijn diensten aan driekwart van de middelbare scholen in Nederland. "We bedienen zo’n 700.000 leerlingen in het voortgezet onderwijs", vertelt commercieel directeur Pieter Dubois van moederbedrijf Iddink Voortgezet Onderwijs aan NU.nl. "Die raadplegen Magister meer dan 10 keer per dag, merendeels via de smartphone."
Huiswerk
Mark Hergaarden, docent techniek en scheikunde aan het Agnieten College Zwartsluis in Overijssel, zou niet meer op een school zonder smartphones of andere apparaten willen werken. "Ik was hier één van de eersten die telefoons in de lessen gebruikte."
Dat was in het begin nog lastig, omdat niet iedere leerling een smartphone had. "Je moest er dus rekening mee houden waar de telefoonbezitters in de klas zaten en of iedereen iemand had om samen mee te werken."
Inmiddels gebruikt de school iPads in de klas, waarop speciale apps staan om bijvoorbeeld huiswerk uit te delen. "Een docent Duits kan bijvoorbeeld spraakoefeningen opgeven. Is de opdracht gedaan, dan kan hij terugpraten om feedback te bieden vanuit zo’n app.”
Even wegleggen
Wiskundeleraar Klaas Koopmans, van het Friese Drachtster Lyceum, vertelt zijn leerlingen regelmatig dat ze hun smartphones even weg moeten leggen. "Bij ons mag de telefoon in de les worden gebruikt als hij ervoor geschikt is, maar in de praktijk hebben veel kinderen gewoon altijd een telefoon op tafel liggen."
"Ik vind het altijd vervelend in de les. Ik ken geen wiskunde-app waarvan ik achterover val, en zelfs dan zouden ze die op de iPad kunnen gebruiken", aldus Koopmans. De school gebruikt bij sommige lessen al zeven jaar iPads."Wiskunde doe je wat mij betreft met een geodriehoek, potlood en rekenmachine."
Smartphones zijn op het Drachtster Lyceum verboden tijdens proefwerken. Het heeft volgens Koopmans daarom ook weinig zin om een rekenapp te gebruiken in de les: "Je moet sowieso je rekenmachine leren kennen. En op een rekenmachine heb je geen spelletjes."
Wel snapt hij dat andere leraren er wellicht meer in zien. "Ik denk dat je er leuke dingen mee kunt doen bij aardrijkskunde, door bijvoorbeeld de GPS-functie te gebruiken."
Bij de scheikundelessen van Hergaarden zijn smartphones en tablets in elk geval een succes. "Sommige jongens krijg ik niet aan het werk, maar met een quiz-app verandert schoolwerk in een game voor ze. Dan doen ze ineens gigantisch hun best."
Volgens Koopmans zijn de school-iPads soms juist een smoes om werk niet te doen. "Als je vergeet om het opgegeven huiswerk ook in de app te zetten, dan doen ze het allemaal ook niet."
Wiskunde doe je wat mij betreft met een geodriehoek, potlood en rekenmachine.
Sociaal isolement
Op de school van Hergaarden wordt de iPad gebruikt voor huiswerk en roosters, maar hij merkt dat veel klassen op de eerste schooldag ook WhatsApp-groepen maken om met elkaar in contact te blijven. De chat-app is niet beschikbaar voor de iPad, dus "dan rennen ouders vaak snel naar de winkel om een telefoon te kopen."
Die groepen op het Agnieten College bestaan meestal alleen uit leerlingen. "Er zijn ook collega’s die samen met hun mentorklas een groep aanmaken, dan heb je een mentor en een klas in dezelfde chat. Zelf ben ik daar een beetje tegen, want je telefoonnummer is privé. Als docent moet je ergens de grens trekken."
Telefoons zijn op het Drachtster Lyceum inmiddels zo vanzelfsprekend, dat Koopmans ze niet afpakt als leerlingen er op zitten te spelen. "Ik leg hem wel eens op mijn tafel, maar geef hem dan altijd aan het einde van de les terug. Je kunt hem niet zomaar in beslag nemen, want wat als er onderweg iets gebeurt en ze moeten bellen?"
Koopmans denkt dat telefoongebruik ook niet volledig te elimineren is. "Het ding werkt als een magneet. Ik verbied het gebruik ook niet meer helemaal, maar het moet niet storend zijn."
Met een quiz-app verandert schoolwerk in een game voor ze.
Op het Agnieten College beslist iedere docent de regels in de les, maar wordt een smartphone wel afgepakt als leerlingen er actief mee zijn in de klas. "Al onze leerlingen hebben immers iPads die ze ook kunnen gebruiken."
Technisch gezien zou het mogelijk zijn tablets te beperken in functionaliteit zodat leerlingen bijvoorbeeld niet stiekem op Facebook gaan of spelletjes spelen. Op de school van Hergaarden gebeurt dat nog niet.
"We kennen allemaal wel mensen die alleen maar op de telefoon zitten te spelen”, aldus Hergaarden. “Doen ze zoiets in de les, dan zeggen we er wat van. Zo proberen we ze een beetje op te voeden."
Nabije toekomst
Hoewel Koopmans het gebruik van smartphones in zijn klas ontmoedigt, denkt hij niet dat het Drachtster Lyceum nog zonder smartphones kan. "Updates in het lesrooster zijn nu binnen vijf minuten bij iedereen bekend. Weet een leerling niet waar hij moet zijn, dan checkt hij de telefoon even."
Wel vraagt de wiskundedocent af of scholen zo snel naar nieuwe technologie moeten stappen. "Ik word er heel moe van, iedere drie of vier jaar hebben we weer wat anders. Eerst waren het laptops in de les, daarna werd het een iPad. Nu krijgen we binnenkort Chromebooks. Ze zeggen dat je moet voorbereiden op de toekomst, maar die toekomst is hooguit maar vijf jaar relevant."
Hergaarden staat er rooskleuriger in. "Ik was de kartrekker van ons ICT-project, waarbij iPads in het onderwijs werden ingevoerd. Dat voegt veel toe, maar het kan in de toekomst nog veel meer toevoegen."