
Delfts RoboValley wil wereld veroveren met ethische robots
RoboValley ligt niet in een vallei, maar ligt verspreid over diverse gebouwen van de Technische Universiteit in Delft.
In het centrum wordt niet alleen onderzoek gedaan door wetenschappers, maar ook onderdak geboden aan startups die zich bezighouden met het bouwen van robots. Eind mei werd er in samenwerking met een Canadese investeerder ook een miljoenenfonds opgericht om die startups te begeleiden naar de markt.
Grijparmen en zorgrobots
In totaal werken er nu zo’n 170 wetenschappers en 21 startups aan robots in de breedste zin van het woord; van drones tot kunstmatige intelligentie, van grijparmen tot robots die ouderen verzorgen.
Zo wordt er bijvoorbeeld gewerkt aan de DelFly, een kleine, lichte drone die vliegt door met zijn vleugels te flapperen. Omdat het apparaat niet werkt met hard ronddraaiende rotoren is het apparaat een stuk veiliger te gebruiken, legt onderzoeker Suresh Sharma uit.
Een andere robot waar in Delft aan wordt gewerkt is ROSE, een project van het bedrijf Heemskerk Innovative Technology. Rose is een op afstand bestuurbare robot waarmee een zorginstelling op afstand bijvoorbeeld een flesje water kan aangeven of iets van de grond kan oprapen. Via een display op de robot kan de bewoner van de zorginstelling contact houden met de bestuurder van het apparaat.
Kunstmatige intelligentie
Maar bij het ontwikkelen van robots gaat het al lang niet alleen meer om de hardware, de fysieke robot. Kunstmatige intelligentie krijgt een steeds belangrijkere rol, en is in de meeste gevallen zelfs veel belangrijker.
Zo wordt er in Delft aan een op afstand bestuurbare grijparm gewerkt die bijvoorbeeld in een kerncentrale of ruimtestation kan worden gebruikt.
De robot maakt gebruik van kunstmatige intelligentie om gedeeltelijk te voorspellen welke beweging er moet worden gemaakt. Ook 'voelt' de grijper de weerstand van de schroef, die wordt doorgegeven aan de joystick.
Dat komt van pas als bijvoorbeeld een robot in de ruimte moet worden aangestuurd, omdat er dan veel vertraging opreedt. "Van zo’n vertraging zul je altijd last hebben, die is er gewoon", vertelt universitair hoofddocent David Abbink, directeur aan het Delft Haptics Lab van de TU Delft. "Maar we kunnen het besturen wel makkelijker maken."
Inhaalslag
Het is eigenlijk vrij lang stil geweest rondom robots, erkent RoboValley-directeur Arie van den Ende. Na de eerste golf van robots in bijvoorbeeld de auto- en vliegtuigindustrie is er lang relatief weinig gebeurd.
Het kan nu allemaal een stuk sneller, kleiner en goedkoper
Door technologische vooruitgangen, in veel gevallen gedreven door consumentenproducten als smartphones en elektrische auto's, wordt er volgens Van den Ende nu een inhaalslag gemaakt. "Het kan nu allemaal een stuk sneller, kleiner en goedkoper."
Groter dan de Industriële Revolutie
Volgens Van den Ende kunnen de stappen die nu worden gemaakt op het gebied van robotica zelfs een grotere impact hebben dan de Industriële Revolutie.
"Denk aan de manier waarop robots banen en rollen in onze samenleving gaan veranderen", zegt Van den Ende. "Als uitzendorganisaties meer robots gaan uitzenden dan mensen, dan krijgen we te maken met een nieuwe situatie. Dan moeten we goed gaan nadenken over hoe het geld in onze samenleving wordt verdeeld."
Zorgen
De opkomst van robots wordt niet alleen in Delft waargenomen, maar staat ook op de radar in Den Haag. Waar er in RoboValley vooral kansen worden gezien, uitte minister Lodewijk Asscher al in 2014 zijn zorgen over de robotisering. Hij schetste een beeld waarin mensen wel eens zonder baan zouden komen te zitten doordat steeds meer werk wordt overgenomen door robots.
Het is van belang de juiste balans te vinden
Om te kijken hoe reëel die angst is, onderzoekt de Sociaal Economische Raad (SER) nu wat de mogelijke gevolgen kunnen zijn van de opkomst van robots.
Het Rathenau Instituut, dat ook op verzoek van de minister onderzoek (pdf) deed, wijst erop dat robotisering zowel positieve als negatieve gevolgen kan hebben voor de werkgelegenheid en de gelijkheid van de samenleving. "Daarom is het van belang om hier een goede balans in te vinden", aldus de onderzoekers.
Ethiek
Dat dat ethische denken in het verleden niet altijd voldoende op de radar stond, erkent de Delftse hoogleraar Ethiek & Techniek Jeroen van den Hoven. "Het zat in het verleden nog niet in het DNA van ingenieurs en geldschieters." Dat zorgde er volgens hem onder meer voor dat bij de plannen voor het elektronische patiëntendossier niet goed werd nagedacht over de privacy van patiënten
De hoogleraar vertelt dat er tegenwoordig bij elk project hard wordt nagedacht of het wel daadwerkelijk iets oplevert, en of de positieve punten opwegen tegen de negatieve. Ook krijgt elke ingenieur aan de TU Delft les in ethiek.
Je wil niet dat een robot iemand een klap verkoopt
"Ziekenhuizen en zorginstellingen komen vol te staan met apparaten die tussen de patiënt en dokter komen te staan. Is dat goed? Is dat leuk?", zegt Van den Hoven. "Je wil niet dat een grijparm door een hacker wordt gebruikt om je broodtrommel af te pakken, of dat een robot iemand een klap verkoopt."
De uitdaging zit volgens de hoogleraar juist in het maken van technologie die zo veel mogelijk voordelen met zich mee brengt, en zo min mogelijk nadelen. "Het kan natuurlijk niet altijd. Maar een innovatie die wel duurzaam is, maar niet veilig is of geen rekening houdt met privacy, dat is flauw. Dat doen ze in China ook!"