
NU+ Vet eten en veel zuipen: CL-finalist Manchester City komt van ver
In de aanloop naar zijn eerste wedstrijd voor Manchester City zat Danny Hoekman te wachten in de kleedkamer. Wanneer begint de wedstrijdbespreking?, dacht de kleine aanvaller uit Nijmegen, die was overgekomen van FC Den Haag.
Manager Peter Reid zei niets, tot hij vlak voor de wedstrijd ineens in zijn handen klapte en de opstelling opdreunde.
"Het enige wat hij daarna zei was: "Enjoy the game. Doe je best." Echt, dat was alles. Bleek dat ze nooit een wedstrijdbespreking hielden. Ook geen nabespreking trouwens. En of je een warming-up deed, mocht je zelf weten."
De 58-jarige Hoekman praat dik dertig jaar later met plezier over zijn wonderlijke seizoen bij Manchester City. Over een teamgenoot die voor een wedstrijd in een warm bad ging zitten. "Dat was zijn warming-up. Andere spelers bleven ook in de kleedkamer, terwijl ik in mijn eentje toch maar aan een warming-up begon. Ik zie mezelf nog lopen voor de uitwedstrijd tegen Tottenham Hotspur op White Harte Lane. Tien minuten later kwamen er pas een paar andere spelers."

'Knal de bal naar voren en zoek het uit'
Hoekman was in 1991 de eerste Nederlander ooit in dienst van Manchester City. Met slechts dertien wedstrijden en twee goals bleef zijn inbreng beperkt en toch heeft hij vooral mooie herinneringen aan zijn tijd in Engeland. Nog altijd koestert hij warme gevoelens voor City, al is inmiddels bijna alles anders bij de club.
"Volgens mij werkt er niemand meer uit mijn tijd, maar er zijn wel fans die weten wie ik ben", vertelt Hoekman, die een jaar of vier geleden voor het laatst een wedstrijd van City bezocht. "Dat was geweldig, ik mocht overal naar binnen. De players lounge, de business lounge. En warempel, er waren aardig wat mensen die me herkenden en aanspraken. Dat had ik niet verwacht. Het is nog steeds een prachtige club. Het Etihad Stadium is luxe en heeft alle faciliteiten. Maar als ik eerlijk ben, ben toch meer een man van Maine Road."
Rypke Bakker is voetbalverslaggever
Maine Road is het oude stadion van Manchester City in de volksbuurt Moss Side. De club beleefde er in de jaren negentig sportief teleurstellende jaren met de degradatie naar het derde niveau in 1998 als dieptepunt. Daarna kwam de opmars en toen City in 2009 in handen kwam van de exorbitant rijke Arabische sjeik Mansour was plots alles mogelijk. De beste spelers ter wereld werden haalbaar voor City, dat met Josep Guardiola misschien ook wel de beste trainer ter wereld heeft. De Spanjaard laat zijn elftal al jaren weergaloos spelen, met vier landstitels in de afgelopen vijf jaar tot gevolg.
"In mijn tijd was het nog: knal de bal naar voren en zoek het uit", vertelt Gerard Wiekens, die in 1997 de overstap maakte van BV Veendam naar City. Hij was een van de drie niet-Britten in het elftal, met de Duitser Uwe Rösler en de Georgiër Georgi Kinkladze. "De rest was Engels, Schots of Iers. Ja, dan weet je het wel. Dan speel je kick-and-rush. Lange bal en dan vechten om de tweede bal. De tegenstander deed niet anders. Stonden we daar tegen Grimsby Town en Colchester United, die hadden bomen van kerels."

'Je kon niet rustig aan doen met een kater'
Wiekens speelde liefst zeven seizoenen voor City. Hij degradeerde naar de First en de Second Division, maar krabbelde met de club ook weer op tot de Premier League. Het contrast was enorm met stadgenoot Manchester United, dat in die jaren de Champions League won en met een sterrenploeg het Engelse voetbal domineerde.
"Als United thuis speelde zaten alle hotels in Manchester vol. Van over de hele wereld kwamen mensen om ze te zien. Bij ons zaten alleen mensen uit de stad op de tribune. Die kwamen uit de wijken naar het stadion gelopen. Op 100 meter van Maine Road, kon je het niet eens zien liggen. Niet dat het klein was, maar er stonden huizen voor. Maar eenmaal in het stadion was het fantastisch. Meer dan 30.000 toeschouwers, dicht op het veld. Echt Engels."
Inmiddels heeft City zelf een sterrenploeg en heeft het meer succes dan de 'grote broer' United. De club is getransformeerd, qua spel en stadion en ook in professionaliteit. "Dat is onvergelijkbaar", glimlacht Wiekens, die tegenwoordig assistent-trainer is bij FC Emmen. "Ik denk niet dat er nu nog veel gezopen wordt. In mijn tijd - met al die Engelsen en Schotten - hielden de spelers wel van bier en een feestje. En van vet eten. Twee, drie dagen voor een wedstrijd stond je met een groot deel van de selectie in de kroeg."
Het was niet alleen maar feest, benadrukt Wiekens. "Nee, je kon niet rustig aan doen met een kater. Als je gezopen had, dan liep je de volgende dag vooraan op de training. Zo was de mentaliteit en daar creëerde je ook iets moois mee. In een wedstrijd gingen we voor elkaar door het vuur."

'De eerste Engelse voetballer die niet drinkt moet ik nog tegenkomen'
In de vroege jaren negentig, toen Hoekman bij City speelde, werd er misschien nog wel meer gedronken. Het gebeurde zelfs op de avond voor een wedstrijd. "We sliepen voor een wedstrijd altijd in een hotel, met een heel programma. Bij mijn clubs in Nederland liep dat programma door tot het moment dat je op tijd in bed lag. Maar bij City niet. Na het avondeten was het klaar en kon je doen wat je wilde. Echt, het was geen probleem als een speler een pilsje pakte. Als je de volgende dag op het veld maar presteerde. Daar werd je op afgerekend."
Na een wedstrijd kon je weer een biertje nemen. En dat niet alleen, herinnert Hoekman zich. "Als wij een uitwedstrijd hadden gespeeld in Londen, zat ik vijf uur lang in een walm van rook in de spelersbus. Kaartend en rokend ging we terug naar Manchester."
Als geheelonthouder deed Hoekman er niet aan mee. "Ik denk dat ze me daarom een vreemde snuiter vonden. Tja, de eerste Engelse voetballer die niet drinkt moet ik nog tegenkomen. Maar het mooie vond ik dat ze me wel altijd meevroegen naar de pub en ik ging ook mee. Stond ik daar met een Spa blauw tussen mijn teamgenoten. Dat waren niet de minste spelers. Niall Quinn was de lange spits van Ierland en Keith Curle was Engels international. Maar zó warm en zó aardig. Ik hoorde er meteen bij. Die warmte voelde ik ook van de City-fans. Je hebt daar als speler een enorme status."
Hoekman schiet in de lach als hij vertelt hoe ver de adoratie van de fans kon gaan. "Ik reed een keer terug van de training toen een man in de auto naast me naar me wenkte. En vervolgens reed hij me klem. Ik schrok en dacht: wat overkomt me nu? Bleek dat hij alleen een handtekening wilde. Je wist niet wat je meemaakte. Zelfs nu nog. Laatst op vakantie in Spanje kwam ik een City-fan tegen en die vond dat geweldig. De volgende dag kwam hij speciaal voor mij terug met zijn twee zoons. Dolgraag wilden ze met me op de foto."

'De club had naar de klote kunnen gaan'
Wiekens voelt die warmte ook. Als hij een keer geen trainersverplichtingen heeft in Nederland, gaat hij graag naar een wedstrijd van "zijn cluppie" Machester City. Dat is nooit een probleem. Negentien jaar na zijn laatste wedstrijd voor de club kan hij steevast terecht in het Etihad Stadium. "Er zijn altijd fans die me dan herkennen. Prachtig, ik ga graag op de foto en meestal beginnen ze dan over die ene wedstrijd."
De oud-verdediger doelt op de promotiewedstrijd op Wembley op 30 mei 1999. Vier dagen nadat Manchester United de Champions League had gewonnen, speelde Wiekens met City tegen Gillingham om promotie naar het tweede niveau. In de negentigste minuut leidde Gillingham met 2-0 en leek alles verloren. Maar wonderwel knokte City zich in de laatste minuten terug (2-2), om het vervolgens of te maken in de strafschoppenserie. City en Wiekens promoveerden en promoveerden een jaar later weer, ditmaal naar de Premier League.
"Veel supporters zien de wedstrijd tegen Gillingham als de wederopstanding van City", weet Wiekens. "En misschien hebben ze wel een beetje gelijk. Als we verloren hadden, had de club naar de klote kunnen gaan. Althans, ik denk niet dat een sjeik City had gekocht als het in de League One speelde. Het heeft zo moeten zijn en kijk eens waar City nu staat. Zaterdagavond tijdens de Champions League-finale zit ik gespannen voor de tv. Laat City asjeblieft winnen."
Manchester City in de jaren 90
- 1989/1990: 14e op het hoogste niveau
- 1990/1991: 5e op het hoogste niveau
- 1991/1992: 5e op het hoogste niveau
- 1992/1993: 9e op het hoogste niveau
- 1993/1994: 16e op het hoogste niveau
- 1994/1995: 17e op het hoogste niveau
- 1995/1996: 18e op het hoogste niveau (degradatie)
- 1996/1997: 14e op het tweede niveau
- 1997/1998: 22e op het tweede niveau (degradatie)
- 1998/1999: 3e op het derde niveau (promotie)
- 1999/2000: 2e op het tweede niveau (promotie)
Ga gratis verder
Log in of registreer gratis op NU.nl en krijg toegang tot extra artikelen