
Kabinet bereidt berechting daders MH17 in Nederland voor
Samen met de landen die deel uitmaken van het JIT-team, dat onderzoek doet naar de vliegramp, denkt Nederland na over een manier om de daders te vervolgen. Rusland heeft de mogelijkheid voor een speciaal VN-tribunaal in de Veiligheidsraad geblokkeerd, maar er zijn meer mogelijkheden.
"Voor een internationale vervolging is een statuut voor een tribunaal grotendeels uitgewerkt", schrijft Van der Steur. "Maar Nederland houdt daarnaast rekening met de mogelijkheid dat naar Nederland wordt gekeken om nationale vervolging en berechting te verwezenlijken."
Zo voert Nederland al gesprekken met Oekraïne over de overdracht van strafvervolging en de mogelijkheid van een overlevering van mogelijke verdachten.
Conclusies
De bedoeling is dat de procedure om de daders voor de rechter te krijgen wordt ingezet zodra het JIT haar definitieve conclusies presenteert. Het JIT is een samenwerkingsverband van diverse landen die betrokken zijn bij de ramp met MH17, zoals Australië, België, Oekraïne en Maleisië.
Het onderzoeksteam heeft momenteel zo’n honderd personen in beeld die op enigerlei wijze betrokken zouden zijn bij het neerhalen van het vliegtuig boven Oekraïne.
Het onderzoek spitst zich de komende tijd op het definiëren van de exacte rol die al deze personen bij de ramp hebben gespeeld en de vraagstelling of zij daar verantwoordelijk voor kunnen worden gehouden.

Hoe en door wie werd MH17 neergeschoten
Russische rebellen
Vlucht MH17 van Malaysa Airlines werd op 17 juli 2014 neergehaald. Hierbij kwamen alle 298 inzittenden om het leven, onder wie 196 Nederlanders.
Het JIT-onderzoek heeft uitgewezen dat het toestel is neergehaald met een Buk-raket die vanuit Rusland naar Oost-Oekraïne was gebracht. De raket werd afgeschoten vanaf Oekraïens gebied onder controle van pro-Russische opstandelingen.
Rusland heeft na de presentatie het rapport flink bekritiseerd en verwijt het onderzoeksteam tunnelvisie. Het kabinet heeft Rusland gevraagd te stoppen met het zwartmaken van JIT.
Onder meer de VN, de NAVO en de EU hebben toegezegd alle medewerking te verlenen aan het vinden en berechten van de daders van het neerhalen van het toestel.