
Leerdam pakt drie WK-tickets bij bijzonder NK: 'Wil mezelf geen limiet opleggen'
Proloog
Het is een kwartiertje na de 1.000 meter als Jac Orie op het middenterrein besluit om Leerdam voor de gek te houden. "Ik weet het niet zeker, maar misschien ben je wel gediskwalificeerd", zegt de coach van Jumbo-Visma tegen zijn kopvrouw.
Orie barst bijna meteen in lachen uit. De scheidsrechters kijken wel naar de beelden van de rit tussen Leerdam en Isabel Grevelt, omdat de rijdsters op een kruising met hun schaatsen kort tegen elkaar waren gebotst. Maar van een diskwalificatie is geen sprake; Leerdam behoudt haar eerste plek en is voor de vierde keer op rij nationaal kampioen op de kilometer.
"Ik weet niet waarom we zo hard om dat grapje moesten lachen", zegt de 24-jarige Leerdam even later met een grote glimlach. "Misschien was het de opluchting omdat ik weer zo'n goede tijd heb neergezet. Ik denk dat Jac het toch ook wel leuk vindt dat ik elke weer laat zien dat ik een hoog niveau kan halen."

Vrijdag 3 februari
Leerdam twijfelt geen moment als ze de vraag krijgt of ze de 1.500 meter al een leuke afstand vindt. "Nee", zegt ze. "Maar ik moet zeggen dat ik het vandaag niet heel vervelend vond."
De Zuid-Hollandse richt zich vooral op de 500 en 1.000 meter. De 1.500 meter is daarom altijd een loodzware beproeving, en dan vooral de laatste ronde. Daarin valt haar coördinatie weg, wordt de pijn hevig en is het vechten tot de streep. "De pijn is niet erg, die overleef ik wel", zegt Leerdam. "Maar het is niet zo fijn dat ik in die laatste 400 meter niet meer zo goed weet wat ik aan het doen ben."
Ook op de openingsdag van de NK afstanden in Heerenveen moet de slotronde van de 1.500 meter uit Leerdams tenen komen. Door het ijzersterke begin van haar race houdt ze toch genoeg over om de derde tijd te noteren, op slechts 0,18 seconden van winnares Antoinette Rijpma-de Jong.
Ik vond het tijd om de 1.500 meter een keer niet op te geven.
"Het zag er misschien niet zo uit, maar ik was vandaag minder kapot dan normaal na een 1.500 meter", zegt Leerdam met een glimlach. "Na anderhalve ronde begon ik het wel al zwaar te krijgen. Maar ik was nog niet helemaal op. Dat was wel relaxed."
Leerdam mag door haar bronzen medaille volgende maand voor het eerst de 1.500 meter rijden bij de WK afstanden. "Ik had niet direct verwacht dat ik me zou plaatsen. Al heb ik sinds dit seizoen wel meer het gevoel dat ik thuishoor op de 1.500 meter. Ook omdat ik weinig te verliezen heb op deze afstand."
De afgelopen seizoenen gooide Leerdam de 1.500 meter tijdens de winter meestal uit haar programma. "Maar ik ben nu 24 en vond het wel tijd om deze afstand een keer niet op te geven", lacht ze. "Ik wil mezelf geen limiet opleggen. Ik heb het gevoel dat er straks een tijd komt dat ik ook de 1.500 meter kan winnen."

Zaterdag 4 februari
Leerdam wordt op de dag van de 500 meter al om 7.00 uur wakker, amper vijf uur nadat ze de adrenaline van de 1.500 meter voldoende was kwijtgeraakt om in slaap te kunnen vallen. Vanwege haar korte nachtrust kiest ze ervoor om het inrijden in de ochtend deze keer over te slaan.
Van dat besluit heeft ze al snel spijt, omdat ze merkt dat ze vlak voor haar eerste race op de 500 meter inkakt. Na een langzame opening van 10,75 seconden komt Leerdam uit op een matige eindtijd van 37,80. Daarmee staat ze slechts derde en geeft ze meer dan drie tienden toe op Femke Kok.
"Ik denk niet dat ik die race ooit nog ga terugkijken", zegt Leerdam. "Ik weet niet wat ik daar aan het doen was, maar het was in ieder geval niet goed. Een tijd van 37,8 hoort niet bij mij. Maar ik dacht ook: slechter dan dit kan het in de tweede omloop niet gaan."
In de kleine twee uur tussen haar twee races denkt Leerdam niet meer aan haar mislukte 500 meter. "Het is heel raar, maar blijkbaar kan ik een knopje omzetten, waardoor ik wat gebeurd is kan loslaten en weer opnieuw kan beginnen. Ik ben heel goed in mezelf voor de gek houden en snel schakelen naar het volgende doel. Dat is een fijne kwaliteit om te hebben als sporter."
In de tweede omloop zet Leerdam met 37,53 de snelste tijd neer. Het is niet genoeg om Kok van de Nederlandse titel af te houden, maar ze pakt wel zilver én haar tweede WK-ticket. "Mijn tweede rit was totaal anders dan mijn eerste. Dat voelde toch wel als een lekkere revanche."

Zondag 5 februari
Natuurlijk voelt Leerdam tijdens haar 1.000 meter wel dat ze met haar schaats de schaats van haar tegenstander Grevelt raakt. Maar na een seconde is ze het al bijna vergeten. "Ik geloof niet dat ik dit ooit eerder heb meegemaakt. Het was een beetje pech en zeker niet ideaal, maar ik laat me niet zo snel afleiden tijdens een race."
Ook dit vlekje wordt door Leerdam vakkundig uitgewist. Met 1.13,58 is ze meer dan een seconde sneller dan de concurrentie. "Wat er ook gebeurt: niks kan mij uit het veld slaan. Mensen om mij heen zeggen soms zelfs dat het beter is als er iets fout gaat."
"Vanochtend had ik bijvoorbeeld mijn eigen pak nog niet. Ik moest inrijden in het pak van Dai (ploeggenoot Dai Dai N'tab, red.). Dat wil je eigenlijk niet op een wedstrijddag, maar onze fysio zei meteen: 'Ik ben blij dat dit gebeurd is. Want het betekent dat je vanmiddag hard gaat schaatsen.'"
De gouden medaille op de 1.000 meter is de perfecte afsluiting van een toernooi dat voor Leerdam toch vooral een opstapje naar de WK was. Begin maart wil ze haar sterke seizoen omzetten in één of meerdere wereldtitels.
"Ik vind het heel bijzonder dat ik bij de WK op drie afstanden mag uitkomen", zegt Leerdam. "Het is fijn dat ik elke keer weer aan mezelf bewijs dat ik het nog kan. Die bevestiging is erg prettig en krijg ik dit seizoen gelukkig vaak."