
NU+ Politici kunnen wachtgeld krijgen als ze politiek verlaten, maar wat is dat eigenlijk?
Wanneer een minister, staatssecretaris of Tweede Kamerlid vertrekt, heeft hij of zij recht op wachtgeld. Dat is een werkloosheidsuitkering, maar dan voor politici. Het maakt niet uit of ze ontslag hebben genomen, worden weggestuurd, aan het einde van hun termijn zijn of niet worden herkozen. In alle gevallen hebben zij recht op dat geld.
De hoogte van de uitkering hangt samen met hun laatste salaris. In het eerste jaar ontvangen vertrekkende bewindslieden en Kamerleden 80 procent van hun laatst ontvangen salaris. Vanaf het tweede jaar is dat 70 procent.
- De premier en ministers verdienen jaarlijks 186.414 euro.
- Staatssecretarissen verdienen jaarlijks 174.085 euro.
- Tweede Kamerleden verdienen jaarlijks ruim 124.000 euro.
Dat betekent dat demissionair premier Mark Rutte in het eerste jaar na zijn vertrek recht heeft op bijna 150.000 euro aan wachtgeld. In het tweede jaar is dat nog zo'n 130.000 euro.
Hoelang vertrekkende bewindslieden of Kamerleden wachtgeld krijgen, is afhankelijk van hoelang zij hun functie hebben vervuld. Als iemand minder dan drie maanden minister of Tweede Kamerlid is geweest, krijgt hij of zij zes maanden wachtgeld.
Vervulden vertrekkende politici langer dan drie maanden hun functie? Dan hebben zij recht op minimaal twee jaar en maximaal drie jaar en twee maanden wachtgeld. Ze hebben wel een sollicitatieplicht tot hun 65e.
Een paar voorbeelden:
- Een minister heeft twee maanden zijn functie vervuld. Hij krijgt zes maanden wachtgeld.
- Een minister heeft 2,5 jaar zijn functie uitgevoerd. Hij krijgt over het eerste jaar 80 procent van zijn laatst ontvangen salaris. Voor de overige anderhalf jaar krijgt hij 70 procent van zijn laatst ontvangen salaris.
- Een minister heeft vier jaar zijn functie uitgevoerd. Hij krijgt maximaal drie jaar en twee maanden een uitkering. Over het eerste jaar krijgt hij 80 procent van zijn laatst ontvangen salaris. Over de overige twee jaar en twee maanden krijgt hij 70 procent.
Als oud-ministers en -Kamerleden in een nieuwe functie minder verdienen, mogen zij hun salaris aanvullen met wachtgeld. Stel: een vertrekkend Tweede Kamerlid verdient in een nieuwe functie per jaar 100.000 euro. Dan mag hij of zij jaarlijks nog 24.000 euro wachtgeld ontvangen, omdat het salaris van een Tweede Kamerlid 124.000 euro bedraagt.
De uitkering vervalt op het moment dat oud-ministers en -Kamerleden in een andere functie evenveel of meer geld verdienen. Het wachtgeld vervalt ook als iemand met pensioen gaat, terugkeert in de Kamer of aan de slag gaat in het Europees Parlement.
De regels voor wachtgeld zijn in de afgelopen jaren flink aangescherpt. Voor 2010 hadden vertrekkende politici zes jaar recht op wachtgeld en geen sollicitatieplicht.
Bovendien konden ze op kosten van de staat blijven leven als ze hun baan verloren binnen tien jaar dat ze de pensioenleeftijd bereikten. Daardoor heeft één oud-Kamerlid sinds 2010 al ruim 900.000 euro ontvangen. Wie dit is, is nooit bekendgemaakt.
Inmiddels is dat anders: het gaat nu om maximaal een paar jaar en er is een sollicitatieplicht. Daarnaast krijgen ze alleen tot hun pensioen doorbetaald als ze vertrekken binnen vijf jaar dat ze de pensioenleeftijd bereiken. Daarvoor moeten ze wel in de twaalf jaar vóór hun vertrek minimaal tien jaar hun functie vervuld hebben.
Hoe zit het met Europarlementariërs?
- Leden van het Europees Parlement verdienen jaarlijks ruim 117.000 euro.
- Als parlementariërs vertrekken, hebben zij ook recht op wachtgeld.
- Per gewerkt jaar ontvangen parlementariërs één maandsalaris. Dat is momenteel 9.808,67 euro bruto per maand.
- Oud-parlementariërs krijgen maximaal twee jaar wachtgeld.
- Als zij in een nieuwe functie minder geld verdienen, mogen zij hun salaris aanvullen met wachtgeld.
Ga gratis verder
Log in of registreer gratis op NU.nl en krijg toegang tot extra artikelen
NUjij: Uitgelichte reacties