
Volt krijgt in hoger beroep toch gelijk: Gündogan mocht uit partij worden gezet
Gündogan werd in maart vorig jaar door partijleider Laurens Dassen en Volt-Kamerlid Marieke Koekkoek uit de fractie gezet na meldingen van grensoverschrijdend gedrag. Het voormalig Volt-Kamerlid zou zich volgens dertien melders binnen de partij schuldig hebben gemaakt aan intimidatie, handtastelijkheden en het maken van andere seksuele avances.
Het Kamerlid was het daar niet mee eens en stapte naar de rechter. Die gaf haar gelijk en oordeelde dat het Kamerlid terug mocht naar Volt.
Het hof heeft een streep door die uitspraak gehaald. Gündogan had eerder al laten weten dat ze niet wilde terugkeren in de Volt-fractie. Dat herhaalde ze ook tijdens het hoger beroep. "Daarom heeft zij op dit moment geen belang meer bij haar vorderingen om de schorsing en beëindiging ongedaan te maken", zegt het hof.
Toch geen schadevergoeding voor Gündogan
Volt werd eerder ook veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan Gündogan, omdat ze imagoschade zou hebben opgelopen door de persberichten die de partij had gestuurd. Volt schreef onder meer dat ze het Kamerlid hadden geschorst vanwege "enkele meldingen die wijzen op grensoverschrijdend gedrag".
Het hof stelt dat de berichten een "iets te prematuur karakter" hebben en dat de woorden "niet in alle opzichten gelukkig gekozen" zijn. Toch geven de persberichten volgens het hof wel weer wat er op dat moment over de situatie bekend was. Daarom hoeft de partij geen schadevergoeding te betalen aan Gündogan.
Het Kamerlid had ook aangifte gedaan van smaad en laster, maar het Openbaar Ministerie (OM) liet in juli weten daar geen onderzoek naar te doen. Voor een onderzoek moesten te veel getuigen worden gehoord en daar had het OM geen capaciteit voor.
NUjij: Uitgelichte reacties