'Tweede Kamer onderzoekt strafvervolging Snel en ambtenaren'
De Tweede Kamer heeft gevraagd te onderzoeken hoe ambtsmisdrijven, zoals machtsmisbruik, die mogelijk zijn gepleegd door ambtenaren of staatssecretaris Snel kunnen leiden tot vervolging.
Het draait om het handelen van de fiscus, die ouders dupeerde door de kinderopvangtoeslag ten onrechte stop te zetten. Honderden ouders werden onjuist aangemerkt als fraudeur en moesten tot tienduizenden euro's terugbetalen.
Donner en Snel zien geen ambtsmisdrijven, Kamer wel
De notitie waar de Kamercommissie van Financiën om heeft gevraagd, volgt op het rapport van de commissie-Donner. De commissie oordeelde snoeihard over het optreden van de fiscus en stelt dat gedupeerde ouders recht hebben op een ruimhartige compensatie.
Volgens Donner handelde de Belastingdienst met "institutionele vooringenomenheid" door er zonder aanleiding van uit te gaan dat ouders die kinderopvangtoeslag hadden aangevraagd fraudeerden. Deze fraudebestrijdingsmethode van de fiscus sloot volgens Donner "aan bij de wens vanuit de politiek om fraudeplegers hard aan te pakken".
Het onrechtmatig handelen is volgens Donner niet te wijten aan de keuzes van ambtenaren, maar aan de Belastingdienst. Staatssecretaris Snel stelde onlangs dat hij geen aanwijzingen voor ambtsmisdrijven heeft gevonden.
De Kamer is het daar niet mee eens en wil daarom weten of individuele ambtenaren alsnog gestraft kunnen worden.
Zes jaar cel voor knevelarij
De ambtenaren zouden door het Openbaar Ministerie vervolgd kunnen worden voor knevelarij. Daar is sprake van wanneer een ambtenaar zijn positie misbruikt en onterecht geld terugvordert of niet terugstort terwijl hij weet dat het niet klopt. De maximale straf voor knevelarij is zes jaar cel.
Voor de strafrechtelijke vervolging van staatssecretaris Snel, of zijn voorganger Eric Wiebes, moet een meerderheid van de Tweede Kamer een opdracht tot vervolging instellen.
Uit eerder onderzoek van RTL Nieuws en Trouw bleek dat de ambtelijke top van de Belastingdienst willens en wetens kinderopvangtoeslagen stopzette, terwijl zij wisten dat de ouders er wel recht op hadden. Het onrechtmatig handelen waar lagere ambtenaren werden aangespoord om "langs de randen van de wet" te werken, volgde na opdrachten van de hoogste ambtenaren bij de fiscus.
In de documenten staat dat toenmalig directeur van de Belastingdienst Hans Blokpoel "echt alles [wil] dichtdraaien, dus ook toeslagen, zelfs als die waarschijnlijk wel goed zijn".
NUjij: Uitgelichte reacties