
Nog veel onduidelijkheid over besteding onderwijsgeld
De Rekenkamer is daar al langer niet gerust op en heeft nu speciaal het passend onderwijs onder de loep genomen, waarmee kinderen die dat nodig hebben wat extra ondersteuning krijgen.
Ongeveer 72 procent van de uitgaven van het verantwoordelijk ministerie ging in 2016 als 'lumpsum' naar onderwijsinstellingen. Dat betekent dat ze dit geld naar eigen inzicht aan onderwijs mogen besteden en zich alleen op hoofdlijnen hoeven te verantwoorden. Een bedrag van 2,4 miljard ging als lumpsum naar passend onderwijs in het primair en voortgezet onderwijs.
''Hoewel een van de doelen van passend onderwijs was dat transparanter zou worden waaraan de gelden voor leerlingenondersteuning worden besteed, is het zicht op de besteding desondanks niet verbeterd'', zegt de Algemene Rekenkamer. En dat is hard nodig, aldus de organisatie. ''Er zijn namelijk signalen dat de leerlingenondersteuning nog niet overal goed loopt.''
Door gebrekkig inzicht komen ongewenste ontwikkelingen mogelijk niet eens aan het licht, vreest het orgaan.
Luchtkwaliteit
Wat betreft de luchtkwaliteit oordeelt de Rekenkamer dat het onduidelijk is hoeveel de overheid heeft bijgedragen aan de verbetering ervan. Om de lucht schoner te maken is tussen 2005 en 2015 in totaal 1,6 miljard euro beschikbaar gesteld.
In het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit werken ministerie, provincies en gemeenten samen. De helft van het gereserveerde bedrag is uitgegeven. Het ministerie heeft ''weinig zicht" op het uitgegeven geld en ''op de effectiviteit van verschillende maatregelen", concludeert de Rekenkamer.
De luchtkwaliteit is verbeterd, maar ''je kunt niet aantonen dat dat het gevolg is van maatregelen uit het programma", zei president Arno Visser van de Rekenkamer. Ook zijn er geen tussentijdse evaluaties geweest. ''Had je nou met hetzelfde geld meer kunnen bereiken? Had je hetzelfde kunnen bereiken met minder geld? Wie zal het zeggen."