
VVD niet zomaar voor opheffen verbod godslastering
De Senaat behandelt dinsdag het plan om het verbod op te heffen.
Maar Heleen Dupuis van de liberalen zegt dat haar partij 'kan meegaan' in de gedachte van de Raad van State dat het verbod op godslastering ''te verdedigen valt met een beroep op het feit dat godslastering de godsdienstvrijheid aantast, en daarom dus verboden dient te zijn''.
En als er groepen in de samenleving zijn die zich bedreigd gaan voelen door godslastering, is er reden tot zorg, aldus Dupuis.
Bezorgd
De PvdA is 'bezorgd' dat de indieners van het plan ''weinig aandacht schenken aan de bescherming van minderheden. In een steeds vrijere maar soms ook verruwende samenleving zijn het maar al te vaak minderheidsgroepen van wie de levensbeschouwingen, culturele tradities, geloof en geloofsbelijdenis het eerst op de hak genomen worden'', aldus Nico Schrijver.
Volgens de PvdA hebben minderheden in een democratische rechtsstaat 'onder omstandigheden' het recht op bescherming van de overheid ''die verder gaat dan die welke louter uit beginsel van gelijke behandeling voortvloeit.''
Het voorstel tot opheffing van het verbod is in april van dit jaar aangenomen door de Tweede Kamer. VVD, PvdA, PVV, 50PLUS, D66, GroenLinks, PvdD en SP stemden voor.
Thuishoren
Voor 'smalende godslastering', terug te vinden in artikel 147 van het Wetboek van Strafrecht, is al in geen decennia iemand veroordeeld. Initiatiefnemers voor afschaffing, Jan de Wit van de SP en Gerard Schouw van D66, vinden dat godslastering niet in het strafrecht thuishoort.
Volgens het tweetal zijn er voldoende waarborgen, in internationale verdragen en in het Nederlands strafrecht, die groepsbelediging en het aanzetten tot haat, discriminatie of geweld verbieden. Dat is wel genoeg, denkt het tweetal. Met name Dupuis wil weleens weten hoe genoemde zorg dan precies kan worden weggenomen, ook van de zijde van het kabinet.
De Eerste Kamer vergadert tot in de avond over het onderwerp.