De bijeenkomst is bedoeld om de werkomstandigheden in de textielsector in Bangladesh te verbeteren.

Aanleiding voor het overleg was de ramp in april in de hoofdstad Dhaka, waar meer dan 1100 mensen om het leven kwamen toen een complex van kledingfabriekjes instortte. Ploumen besloot daarop zich intensief in te gaan zetten om de misstanden te bestrijden.

Als co-voorzitter van een groep van donorlanden, bedrijven en maatschappelijke organisaties spreekt ze zondag en maandag met de Bengalese regering over verbetering van de omstandigheden in fabrieken. Ze spreekt ministers, vakbonden en bezoekt textielfabrieken.

Het overleg moet ertoe leiden dat er eind dit jaar 200 inspecteurs zijn opgeleid. Dat moet de komende jaren oplopen naar 800 inspecteurs die de ruim 5000 textielfabrieken gaan controleren.

De meeste westerse donorlanden hebben inmiddels fondsen toegezegd. Ploumen maakte eerder 9 miljoen euro vrij voor de verbetering van de werkomstandigheden. ''Bangladesh is een straatarm land en heeft financiële hulp nodig om dit op te zetten'', aldus de minister. Het bedrijfsleven legt 5 miljoen euro op tafel.

Ploumen heeft tijdens haar bezoek aan Bangladesh maandag ook een ontmoeting met slachtoffers van de ramp in het ingestorte Rana Plaza Complex. Ze brengt ook een bezoek aan de plek waar de textielfabriek stond.

De aandacht van de PvdA-bewindsvrouw voor Bangladesh viel onlangs minder goed bij coalitiepartner VVD. Het liberale Tweede Kamerlid René Leegte zei vorige maand in de Kamer in een debat met Ploumen: ''We moeten ons niet laten gijzelen door de ramp.'' Hij meent dat de Bengalese overheid en de textielsector moeten zorgen voor verbetering van de werkomstandigheden.

Bangladesh telt zeker 4500 textielfabrieken waar 4 miljoen arbeiders werken, vaak voor het schamele loon van 23 euro per maand. Het lagelonenland is na China de grootste kledingsexporteur.