Vanuit de centrale hal waren de oranje-wit-blauwe vlaggen goed te zien, zo bleek woensdag uit een foto en een bericht in het dagblad Spits.

Maar woensdagochtend hingen de vlaggen er niet meer. Het gaat om de zogeheten Prinsenvlag, die aan het eind van de jaren dertig van de vorige eeuw door de NSB werd ingelijfd en sindsdien als nationalistisch symbool geldt en vooral door extreem rechtse groeperingen wordt gebruikt.

PVV-leider Geert Wilders en ook de fractievoorlichter hebben tot nu toe niet gereageerd op verzoeken om commentaar.

Kamerlid Hero Brinkman ging via Twitter wel in op de zaak. ''Historie prinsenvlag is mooi, geuzenstrijd, W.v. Oranje De Ruyter, Piet Hein, maar helaas besmet door NSB. Goed dat vlaggen zijn weggehaald.''

'' De Prinsenvlag werd oorspronkelijk gedragen door de orangisten tijdens de Tachtigjarige Oorlog. In 1937 werd bij Koninklijk Besluit bepaald dat de Nederlandse vlag voortaan rood-wit-blauw is.

Wilders heeft zich de afgelopen jaren herhaaldelijk kwaad gemaakt over vergelijkingen tussen de PVV en de nationaalsocialistische beweging. Ook Brinkman deed dat recentelijk nog over een lezing die historicus en publicist Thomas von der Dunk zou geven in het Provinciehuis van Noord-Holland.

De lezing ging niet door, omdat die te politiek van aard zou zijn vanwege kritiek op de PVV. Brinkman was daar blij mee, omdat Von der Dunk de PVV in zijn toespraak vergeleek met de NSB. ''Iedere verwijzing naar de NSB of Hitler zien wij als oproep tot politieke moord op onze leider Geert Wilders'', aldus Brinkman.