Gemiddeld ontvangen zij in dienst van een familiebedrijf ruim negen procent minder dan in hun voorgaande banen en elf procent minder dan reguliere werknemers.

Werknemers afkomstig uit de familiegelederen werken bovendien vijf uur meer per week, zijn hoger opgeleid, hebben meer kans op een contract voor onbepaalde tijd en hebben vaker managementrollen dan hun gewone collega’s.

Ook blijkt uit het onderzoek dat familiewerknemers gemiddeld genomen meer tevreden zijn met hun baan dan gewone werknemers. Bovendien waarderen ze hun baan bij het familiebedrijf meer dan voorgaande banen.

Familieleden worden voor hun lagere salaris gecompenseerd door niet-financiële beloningen, waar hun collega’s geen aanspraak op kunnen maken.

De hogere mate van waardering voor hun baan, komt volgens de onderzoekers voort uit het feit dat familiedoeleinden overlap laten zien met bedrijfsdoeleinden, zoals het behouden van controle binnen de familie en het aanmoedigen van onzelfzuchtigheid.

Daarnaast komt de opbrengst van familiebedrijven ten goede aan de familie en niet aan anonieme aandeelhouders. Ook groeien werknemers die uit de familie afkomstig zijn op met het bedrijf, ze zijn ermee vergroeid geraakt. Dit leidt vaak tot een groot verantwoordelijkheidsgevoel.

In Nederland is minder dan twee procent van alle betaalde werknemers in dienst van het bedrijf van zijn of haar familie. Dit percentage ligt in Ierland rond de vijf procent, en in Finland rond de drie procent.

Het onderzoek is gebaseerd op een database die 14 Europese landen beslaat.