
Lavreysen en Hoogland strijden wéér om goud: 'Even geen vrienden op de baan'
Volg de tag NUmedaille
De twee snelste baansprinters ter wereld, de mannen die in 2019 én 2020 tegen elkaar streden in de WK-finale van de sprint en vrijdag in de Izu Velodrome in de olympische finale stonden, liggen bij grote toernooien altijd gewoon samen op een kamer.
Dat ging eigenlijk vanzelf, op het moment dat de vier jaar jongere Lavreysen zich aansloot bij de nationale ploeg. Hij en Hoogland reden hetzelfde programma en dus was het uit praktisch oogpunt logisch dat ze een hotelkamer zouden delen.
"Misschien was het gek geweest als het dit jaar pas voor het eerst gebeurd was", aldus Hoogland. "Maar nu is het meer toevallig dat we beiden zo'n hoog niveau hebben en een stevige onderlinge strijd hebben."
Volgens de 28-jarige renner uit Nijverdal gaan de twee wereldtoppers buiten de wedstrijden nog steeds "normaal en goed" met elkaar. "Op de kamer hebben we genoeg dingen om over te praten buiten het sprinten", zegt Hoogland met een glimlach. "En we proberen daar vooral ontspanning en maximale rust te vinden. Soms kijken we samen een film of een serie, soms ieder voor zich op zijn eigen bed. Eigenlijk wat normale mensen ook doen in hun vrije tijd."

Lavreysen troeft Hoogland af in sprint en pakt tweede goud
'We gunnen het elkaar om tweede te worden'
Vrijdag was er op de baan geen contact meer tussen de twee ploeggenoten. Lavreysen plaatste zich via een zege op de Brit Jack Carlin voor de finale, terwijl Hoogland afrekende met de Rus Denis Dmitriev. Het leverde de haast onvermijdelijke Nederlandse sprintfinale op.
"Als we aan het racen zijn, zetten we onze vriendschap even aan de kant", aldus Hoogland. "Het is een gekke situatie, maar alles moet dan wijken voor winst. Zodra ik de hal inkom, zet ik een knop om: bam, nu gaat het om de wedstrijd en is het tijd om te rammen. En dan maakt het me echt geen bal uit wie ik moet verslaan."
Bij de WK in 2019 en 2020 troefde Lavreysen zijn landgenoot af in de finale en vrijdag in Izu was hij na een spannend duel over drie manches ook net te sterk voor Hoogland. "Ik gun mezelf het goud net iets meer", zei de nieuwe olympisch kampioen. "Ha, we gunnen het elkaar om tweede te worden."
"We hebben vandaag nog een hoger niveau laten zien dan in onze WK-finales", vervolgde Lavreysen. "We reden vanaf de start vrijwel voluit. Het was zo zwaar. Niet normaal, die pijn. Maar", zei hij met een knikje richting Hoogland, "als je verliest doet het nog veel meer zeer."