
Recordgroei windenergie in 2021, maar bouw windmolens op land vlakt nu weer af
Het vermogen van alle windmolens op land - dus exclusief de windparken op de Noordzee - steeg met 27 procent naar bijna 5,3 gigawatt. In de komende twee jaar komt er zeker nog 0,9 gigawatt aan vermogen bij, verwacht de RVO. Per jaar groeit het aantal windmolens dan wel een stuk minder snel.
Eigenlijk had er al in 2020 minstens 6 gigawatt aan windmolens op land moeten staan. Dat werd in 2013 afgesproken in het Energieakkoord, maar het doel wordt pas drie jaar later gehaald. De vertraging is wel gecompenseerd door de sneller dan verwachte groei van het aantal zonnepanelen.
Windmolens zijn zeer ongelijk over Nederland verspreid. Flevoland produceert meer dan een kwart van alle windenergie, terwijl in Overijssel en Utrecht nauwelijks windmolens staan.

Volg onze berichtgeving over het klimaat
Kabinet werkt aan nieuwe geluidsnormen
De bouw van windmolens op land stuit steeds vaker op bezwaren van omwonenden die lange beroepsprocedures aanspannen, signaleert de RVO. Zij procederen vaak door tot de Raad van State, waardoor het lang kan duren voordat projecten van de grond komen of zelfs van de baan raken.
Vorig jaar haalde de Raad van State een streep door de landelijke regels die voorschrijven hoeveel geluid en slagschaduw windparken mogen veroorzaken. Projecten die nog geen vergunning hebben, lopen daardoor veel vertraging op. Het kabinet hoopt dit jaar nieuwe regels te kunnen opstellen, die in de loop van volgend jaar moeten gaan gelden.
Productie van windenergie op Noordzee neemt toe
In de komende jaren zal de productie van windenergie op de Noordzee juist steeds verder versnellen. Het kabinet heeft de ambitie voor het aantal windmolens op zee verdubbeld, waardoor er in 2031 zeker 21 gigawatt aan windmolens moet staan.
Dat is op een winderige dag meer dan genoeg om het hele land van stroom te voorzien. Een deel van de windmolens moet worden ingezet om groene waterstof te produceren, waarmee de industrie kan verduurzamen.