
Meer schade, minder doden: kunnen we ons aanpassen aan klimaatrampen?
Ida ging bij de Amerikaanse zuidkust aan land, maar reisde als tropische storm door naar het noordoosten. Als gevolg viel maandag in het centrum van de stad New York in 6 uur tijd 173 millimeter neerslag, waarvan bijna de helft in één uur. Dat is zo extreem dat het statistisch slechts ééns in de 500 jaar zou kunnen voorkomen.
Zulke kansen worden in een opwarmend klimaat snel groter, zeggen experts. Door klimaatverandering brengen orkanen steeds meer regen. En extreme neerslag veroorzaakt bij orkanen meer schade dan de hoge windsnelheden.
In de nasleep van de storm zitten van New York tot New Orleans miljoenen Amerikanen zonder stroom; en de schade loopt in de tientallen miljarden. Het relatief lage dodental wordt daarentegen gevierd als goed nieuws. Katrina veroorzaakte zestien jaar geleden nog meer dan 1.800 doden.

Hoe 'Nederlands' bouwwerk New Orleans droog hield van orkaan Ida
Waarschuwen scheelt levens (maar ene klimaatramp is andere niet)
De situatie in de VS staat niet op zich. Meteorologen kunnen orkanen of extreme regenval beter zien aankomen, en met moderne communicatiemiddelen is het mogelijk om mensen vooraf te waarschuwen - en te evacueren.
Het wereldwijde aantal doden bij klimaatgerelateerde natuurrampen is hierdoor sinds de jaren zeventig fors gedaald, concludeerde de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) dinsdag - van gemiddeld 50.000 doden per jaar naar circa 20.000 nu. Is dit het grote bewijs dat het mogelijk is om je aan te passen aan de gevolgen van klimaatverandering?
NU.nl sprak drie Nederlandse experts, die meeschrijven aan het tweede deel van het nieuwe IPCC-rapport - dat specifiek over klimaataanpassingen gaat, en in februari verschijnt. Ze waarschuwen voor te veel optimisme:
"Waarschuwingssystemen hebben dodelijke slachtoffers teruggedrongen", zegt professor Maarten van Aalst van de TU Twente. "Maar bijvoorbeeld bij hittegolven werkt dat veel minder goed. En vermoedelijk wordt het toenemende aantal dodelijke slachtoffers van hittegolven juist weer onderschat, omdat hittedoden slecht worden geregistreerd."
Kosten klimaatrampen én aanpassingen steeds hoger
Terwijl het aantal dodelijke slachtoffers wereldwijd met zo'n 60 procent is gedaald, neemt de economische schade van klimaatrampen juist zeer scherp toe, stelt hetzelfde WMO-rapport. Die is nu zeven keer zo groot als in de jaren zeventig.
Probleem is ook daar dat de lasten oneerlijk verdeeld zijn, zegt Van Aalst. "Het is belangrijk om niet alleen te kijken naar de totale economische schade, maar ook naar de groep mensen die al arm zijn en steeds opnieuw geraakt worden. Daar dreigt door klimaatrampen een neerwaartse spiraal van armoede en kwetsbaarheid."
Ook economisch is het verhaal niet af als je alleen kijkt naar de directe schade van rampen, zegt adaptatie-expert Marjolijn Haasnoot van Deltares en de Universiteit Utrecht: de aanpassingen zelf kosten ook steeds meer geld.
Neem in Nederland de stormvloedkering in de Oosterschelde. Die kostte omgerekend ongeveer 2,5 miljard euro - maar is slechts berekend op 40 centimeter zeespiegelstijging - en zal dus moeten worden vervangen.
Ook rond New Orleans zijn na de orkaan Katrina miljarden geïnvesteerd in nieuwe stormvloedkeringen. "Ik weet niet met hoeveel zeespiegelstijging daar rekening is gehouden tijdens het ontwerp", zegt Haasnoot. "Maar door versnellende zeespiegelstijging loop je het risico dat aanpassingsmaatregelen steeds duurder worden, en steeds korter meegaan."
"Je hebt dan ook steeds minder tijd om de volgende aanpassing voor te bereiden. Dat is een van de redenen dat er grenzen zijn aan onze aanpassingsmogelijkheden. Daarnaast is adaptatie maar bij een deel van de gevolgen van klimaatverandering effectief."
Klimaatverandering bij de bron aanpakken
In die ingewikkelde afweging van kosten en baten is het ook economisch optimaal om de wereldwijde CO2-uitstoot zo ver mogelijk terug te dringen, en te proberen de opwarming nog onder de 1,5 graden te houden. De (economische) kosten van niets doen zijn verreweg het hoogst.
Er is geen ruimte voor een richtingenstrijd tussen 'dweilen' of de CO2-kraan dichtdraaien - dat laat het nieuwe WMO-rapport samen met het IPCC-rapport van vorige maand zien, zegt hoogleraar klimaatadaptatie Richard Klein van het Stockholm Environment Institute en Linköping Universiteit.
"Vroegtijdig waarschuwen en voorbereiden kan veel levens redden en economische schade voorkomen. Maar we zien ook dat het steeds heter wordt, en dat droogteperiodes en overstromingen in intensiteit toenemen."
"Er zitten grenzen aan de mate waarin we ons kunnen aanpassen aan een veranderend klimaat", zegt Klein. "Het tweede deel van het nieuwe IPCC-rapport zal die grenzen van ons aanpassingsvermogen in meer detail bespreken."