
Zaaddonoren zijn dungezaaid: zo kun je er een vinden
Vrouwen die met donorsperma zwanger willen worden, moeten in sommige gevallen twee tot drie jaar wachten voor ze aan de beurt zijn. De acht Nederlandse spermabanken hebben flinke wachtlijsten. Onder meer de vruchtbaarheidsklinieken van het Amsterdam UMC, het UMC Groningen en UMC Utrecht hebben zo'n spermabank.
Naar schatting van One Wish, een Nederlands platform waar wensouders en donoren met elkaar in contact kunnen komen, zijn in ons land slechts zo'n driehonderd donoren aangesloten bij een kliniek.
Vrouwen die om wat voor reden dan ook niet dat traject in willen of kunnen, hebben relatief weinig opties om via een andere weg aan donorsperma te komen. Dat geldt in het bijzonder voor diegenen die geen buitenlandse donor willen.
'Vikingbaby's' waren de laatste jaren erg in trek
De afgelopen jaren hebben veel vrouwen hun heil gezocht in Denemarken. Dat land blinkt sowieso uit in kunstmatige voortplantingstechniek, zoals in-vitrofertilisatie (ivf). Naar schatting wordt 8 tot 10 procent van de Deense baby's op die manier verwekt, terwijl het Europese gemiddelde op 2 procent staat.
Daarnaast staat Denemarken inmiddels bekend om zijn spermabanken, waarvan Cryos en European Sperm Bank (ESB) de grootste spelers zijn. Vanuit de hele wereld maken vrouwen gebruik van de diensten van deze bedrijven.
Cryos en ESB zijn commerciële bedrijven waarbij geldt dat hoe meer je betaalt, hoe meer je over de spermadonor te weten komt. Daarnaast bieden ze uitgebreide selectiecriteria, zoals haarkleur en de kleur van de ogen. Je kan ook een foto van jezelf uploaden, waarna het systeem een donor zoekt die op jou lijkt.
Donoren kunnen de personen of paren met een kinderwens ontmoeten, waardoor zoiets als de gunfactor gaat meespelen.
Het is bij benadering bekend hoeveel Nederlands-Deense kinderen er in ons land zijn. "Er zijn meerdere spermabanken in Denemarken. Bij ons worden alle zwangerschappen in ieder geval geregistreerd, omdat we nauw samenwerken met klinieken in Nederland. Van hen ontvangen we die informatie", zegt Cryos.
De instelling laat verder weten dat de Nederlandse gebruikers overwegend single vrouwen van gemiddeld 35,76 jaar zijn, gevolgd door lesbische stellen.
Maar wat als dat allemaal niks voor jou is? Dan rest buiten de wachtlijst eigenlijk al snel je eigen netwerk. Gelukkig zijn er ook platformen, stichtingen en verenigingen om je te helpen. Enkele bekende voorbeelden zijn One Wish, Meer dan Gewenst, GaybyBoom en Bam-mam. De laatstgenoemde vereniging brengt bewust alleenstaande moeders met elkaar in contact, bijvoorbeeld voor het uitwisselen van informatie over spermabanken en vruchtbaarheidsklinieken, terwijl je bij de andere drie ook daadwerkelijk in contact kunt komen met co-ouders.
Het sleutelwoord bij dergelijke platformen is een mate van betrokkenheid van degene die sperma doneert bij het leven van het kind van iemand met een kinderwens. Een platform als One Wish werkt daarom bijvoorbeeld alleen met zogeheten C-donoren. Deze donoren hebben de wensouders leren kennen (zie het kader onderaan).
Transparant het proces in
"Mensen willen op een transparante manier samen dit traject ingaan. Dat geldt voor zowel mensen met een kinderwens als voor de personen die ingeschreven staan als donor", zegt Karin van Zeelst, directeur-bestuurder van One Wish. Bij One Wish hebben zich de afgelopen vijf jaar ongeveer 25.000 mensen ingeschreven.
- Nederland kent sinds 2004 de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting (Wdkb). Dit geeft een kind het recht om vanaf het twaalfde levensjaar basisgegevens van de spermadonor op te vragen. Denk daarbij aan uiterlijke kenmerken, zoals haarkleur en oogkleur.
- Vanaf het zestiende levensjaar hebben donorkinderen de mogelijkheid de identiteit van de spermadonor te weten. Via een begeleidingstraject kunnen het kind en de donor met elkaar in contact komen. Hetzelfde geldt voor donorkinderen van dezelfde donor onderling.
Inmiddels staat de teller op ten minste tweehonderd kinderen. Tenminste, dat is het aantal dat bij het platform bekend is. Volgens One Wish is het werkelijke aantal vermoedelijk een stuk groter.
Geen database met verwekte kinderen
Er is geen controlemechanisme om erachter te komen hoeveel kinderen een donor reeds heeft voortgebracht. "De enige partij die kan controleren, is de wensouder die ernaar vraagt bij de donor en ervan uit moet gaan dat hij de waarheid vertelt", aldus Van Zeelst, die benadrukt dat er ook geen nationale database is, laat staan een internationale. Zelf is ze daar een groot voorstander van. De wet schrijft voor dat een donor aan maximaal twaalf behandelde vrouwen mag doneren.
Aan de kant van de donor ziet Van Zeelst vooral een grote mate van nieuwsgierigheid en een hang naar informatie. "In mijn ervaring willen mannen sowieso betrokken blijven bij het proces en op de hoogte gehouden worden."
Ze ziet daarin een manier om meer mannen te bewegen om spermadonor te worden. Dat is namelijk net als in de rest van Nederland bij One Wish ook een punt van aandacht. "Donoren die via een kliniek doneren zijn net zo betrokken, maar die instellingen worden medisch geleid en zitten dus qua informatievoorziening anders in de wedstrijd."
Daarin schuilt volgens Van Zeelst tevens het voordeel van platformen die contact faciliteren. "Donoren kunnen de personen of paren met een kinderwens ontmoeten, waardoor er zoiets als de gunfactor gaat meespelen."
In de zoektocht naar een spermadonor zul je drie soorten donoren tegenkomen: A, B en C
- Een A-donor is een anonieme donor. Aangezien je in Nederland als man niet anoniem kunt doneren, zul je zogeheten A-donoren eigenlijk alleen in het buitenland vinden.
- Een B-donor komt je op het spoor via de officiële weg, dus via een kliniek of spermabank.
- C-donoren zijn spermadonoren die je als wensouder kent, omdat ze al dan niet uit je directe kring komen of doordat je ze hebt leren kennen via een platform. De keerzijde is dat dergelijk sperma mogelijk niet aan dezelfde kwaliteitseisen voldoet als dat van een B-donor, die uitgebreid gescreend en onderzocht wordt.