
Ons kind neemt geen vriendjes mee naar huis: is dat een probleem?
De negenjarige dochter van deze ouders is na schooltijd het liefst gewoon thuis. Alleen. Zonder vriendjes of vriendinnen. Ze vermaakt zich meestal prima, en toch maken vader en moeder zich zorgen. Is het normaal dat hun dochter na schooltijd alleen met anderen speelt als zij dat voor haar regelen?
"Het eerste wat ik me afvraag is: wie heeft hier een probleem?", reageert opvoedcoach Annelies Bobeldijk van WOW! Opvoedcoaching in Alphen aan den Rijn. "Gun je als ouder je kind vooral speelafspraken, of vindt je kind het zelf ook vervelend dat het 's middags alleen thuis is? Dat is een belangrijk verschil."
We moeten er als ouders voor waken dat we onze eigen wensen niet projecteren op onze kinderen, zegt de opvoedcoach. "Het begint dus met het uitpluizen van de behoeften van deze dochter. Zou zij graag willen spelen, maar vindt ze geen aansluiting bij andere kinderen? Durft ze geen vriendjes te vragen omdat ze eerder is afgewezen? Of vindt ze het heerlijk om na een hele dag sociale interactie - je mag een schooldag gerust vergelijken met een volwassen werkdag - thuis tot rust te komen?'
Juist de moeilijke momenten, die met een knoop in de maag, zijn de momenten waar kinderen op hun twintigste nog iets aan hebben.
Volgens Bobeldijk moeten de ouders dat laatste niet uitvlakken. Veel kinderen zitten - naast de hele week op school - ook nog op de BSO en bezoeken allerlei (hobby)clubs of (sport)verenigingen. Allemaal momenten waarop sociale interactie plaatsvindt. "Zeker de wat meer introverte en gevoelige kinderen hebben daar meer dan genoeg aan", weet de opvoedcoach.
Het is hoe dan ook zaak eerst te ontdekken hoe het kind zelf over het gebrek aan speelafspraken denkt, vindt Bobeldijk. "De ouders van deze dochter kunnen hun observatie met het meisje delen en aan haar vragen of ze het jammer vindt dat ze thuis weinig met anderen speelt. Als ze merken dat er bij hun negenjarige wel behoefte aan speelafspraken is, kunnen ze uitpluizen waar de hobbel om vriendjes te vragen precies vandaan komt. Als ze iedereen uit de klas zou kunnen uitnodigen, met wie zou ze dan het liefst spelen? En waarom vraagt ze deze klasgenoot nu niet?"
Laat je kind het zelf regelen
"Je ziet dat kinderen vanaf groep 6/7 een nieuwe fase van ontwikkeling ingaan", gaat Bobeldijk verder. "Ze krijgen meer oog voor de wereld om hen heen, en voor sommige kinderen is het best spannend om in die wereld een eigen plek te vinden. Juist door de twijfels en onzekerheid die daarmee gepaard gaan, kan een kind meer behoefte hebben aan tijd voor zichzelf. Het is belangrijk dat ze die tijd ook krijgen."
Wat je als ouder vooral niet moet doen: het wel even gaan regelen voor je kind. "Juist de moeilijke momenten, die met een knoop in de maag, zijn de momenten waar kinderen op hun twintigste nog iets aan hebben, mits ze zelf hebben geleerd met die problemen om te gaan."
Sta stil bij het verdriet dat na een afwijzing kan ontstaan. Daar is geen oplossing voor, behalve een liefdevolle ouder die in het kind blijft geloven.
Natuurlijk kun je als ouders je kind helpen als het niet lukt om zelf speelafspraken te maken, zegt Bobeldijk. Oefen thuis met het stellen van de vraag. Blijkt het toch te spannend, loop dan mee naar het betreffende klasgenootje en zeg iets als: "Joh Eva, mijn dochter wil wat aan je vragen…"
"Geef je kind vooral de kans het zelf te doen, al is het maar door tegen je dochter te zeggen: 'Je wilde graag met Eva spelen hè?' Ze hoeft dan alleen nog maar 'ja' te zeggen, en daarmee zet je een mooie eerste stap naar meer zelfstandigheid."
Wat als er afwijzing komt?
"Benoem dat achteraf ook. Laat zien: je hebt dit gezegd, en dit is het resultaat. Hoe meer je oorzaak (jij bent zelf naar je klasgenoot toegestapt) koppelt aan gevolg (en nu kunnen jullie vanmiddag samen spelen), hoe meer je kind leert dat het zelf sturing kan geven aan zijn of haar leven. En daarmee geef je je kind veel meer zelfvertrouwen dan door het zelf wel even te regelen."
En als het klasgenootje nee zegt? Bobeldijk: "Het is de kunst om er dan voor je dochter te zijn. Poets de teleurstelling niet weg door meteen de volgende te bellen of voor te stellen samen koekjes te gaan bakken. Sta stil bij het verdriet dat na zo'n afwijzing kan ontstaan. Daar is geen oplossing voor, behalve een liefdevolle ouder die in het kind blijft geloven. En daarna kun je altijd nog koekjes gaan bakken."