Dat zegt topman Daniel Ek donderdag tegenover de Zweedse zakenkrant Dagens Industri.

Het in 2006 opgerichte bedrijf, dat zijn vleugels inmiddels naar tientallen landen heeft uitgeslagen, verloor het afgelopen jaar 45 miljoen euro. Maar daar zit Ek niet mee. "De vraag wanneer we winstgevend zullen zijn is eigenlijk irrelevant. Onze focus ligt volledig op groei", aldus de Spotify-baas.

In 2011 genereerde de muziekdienst - sinds 2010 ook in Nederland actief - nog 190 miljoen euro met de verkoop van zijn muziekabonnementen.

Het betreden van een nieuwe markt is erg kapitaalintensief, omdat er eerst fors geïnvesteerd moet worden in lokale muziekrechten, vertelt Ek. Pas enige tijd daarna begint de winstmeter op te lopen.

Een beursgang zit er wat Ek betreft voorlopig niet in. "Het is vleiend dat zoveel mensen ons daar willen zien, maar ik heb het niet zo op het 'kwartaalkapitalisme' dat de toon zet op de beurs."

Momenteel betalen 3 miljoen mensen een vast bedrag per maand om (onbeperkt) te kunnen luisteren naar de Spotify-database. Nog eens 7 miljoen mensen nemen genoegen met de gratis versie, waarbij er reclames tussen de nummers door moet worden getolereerd, en het ontbreekt aan een mobiele versie.

Mede door de opmars van online muziek kelderde de wereldwijde muziekomzet van zo'n 33 miljard euro in 1999, naar ongeveer 11 miljard euro. Maar Ek is ervan overtuigd dat de muziekindustrie terug kan keren naar het niveau van 1999. "En wij kunnen met Spotify een aanzienlijk deel van die cake pakken."

Ek overtuigt platenmaatschappijen om in het Spotify-model te stappen door te wijzen op de mogelijkheid van een nieuwe inkomstenstroom.

"Ons hele model is gebouwd op het bekeren van piraterij-gebruikers naar legale gebruikers. We kannibaliseren de omzet van de muziekindustrie niet, maar voegen geld toe van diegenen die eerst via piraterij aan hun muziek kwamen."