Dat meldt digitale burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom (BoF) donderdag op basis van een brief van het ministerie van Veiligheid en Justitie.

De overheid onderzocht de mogelijkheid om het CIOT uit te breiden met meer informatie van providers. Nu wordt bijvoorbeeld al bijgehouden met wie iemand gebeld of gesms’t heeft en op welke plek dat was.

Het ministerie wilde echter ook dat gegevens over e-mailverkeer en andere historische gegevens, zoals het woonadres, zouden worden opgeslagen in het CIOT. Internetproviders zijn nu verplicht deze gegevens zelf een half jaar te bewaren. Opsporingsdiensten kunnen deze gegevens middels een verzoek opvragen.

Het plan dat nu van de baan is, hield in dat deze gegevens bij de overheid zouden worden opgeslagen en langer inzichtelijk zouden worden voor opsporingsdiensten.

Het ministerie heeft laten weten dat ‘het niet opportuun wordt geacht een verder vervolg te geven aan de voorstellen’. Eerder zag de overheid al af van het opnemen van bankgegevens in de databank.