
Borstkanker op maat behandelen voorkomt onnodige chemo of medicatie
Steeds minder vrouwen gaan dood aan borstkanker. Dat komt doordat onderzoekers meer weten over de ziekte. Sinds kort kijken onderzoekers niet alleen naar kankercellen en manieren om die te bestrijden, maar ook naar wat een lichaam zelf kan doen om ze op te ruimen. Dat voorkomt dat vrouwen onnodig chemotherapie of medicijnen krijgen.
Je kunt een patiënt te weinig behandelen, maar ook te veel. Artsen noemen dit overbehandelen. Oncologen weten steeds beter wat per patiënt en per kanker de beste geneesmethode is. Want elk lichaam reageert anders op de ziekte.
"Zo komen we terecht bij de persoonlijke behandeling", zegt Sabine Linn, internist-oncoloog bij het Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis tegen NU.nl. "De laatste twintig jaar hebben we daar goede stappen in gemaakt."
Zo is er voor veel vrouwen met zogeheten HER-2 negatieve borstkanker (75 procent van de patiënten heeft die vorm) sinds kort een test beschikbaar. "Met behulp van die test bepalen we wie een hormoonbehandeling nodig heeft en wie chemotherapie. Daardoor is er nu meer behandeling op maat."
Feiten en cijfers
- Ruim 15.700 mensen kregen in 2021 de diagnose borstkanker.
- Gemiddeld is bijna 9 op de 10 patiënten na 5 jaar nog in leven, en 8 op de 10 patiënten na 10 jaar.
- Meer dan 80 procent van de mensen die borstkanker krijgen, is 50 jaar of ouder.
- Heel soms krijgen mannen ook borstkanker. Vorig jaar ging het om 133 gevallen.
Medicijnen en chemo niet voor iedereen nodig
Er is ook goed nieuws voor patiënten met triple-negatieve borstkanker. Ongeveer 10 tot 15 procent van de vrouwen met borstkanker heeft die vorm en het geldt als een van de gevaarlijkste vormen van borstkanker. Volgens Linn zijn er nu een aantal hoopgevende ontwikkelingen voor de bestrijding van deze variant.
"Bij triple-negatieve borstkanker weten we dat het afweersysteem cruciaal is. We hebben ontdekt dat ongeveer 20 procent van die groep veel afweercellen in de borst heeft, die de kankercellen opruimen. Uit studies blijkt dat die vrouwen geen medicijnen of chemo nodig hebben. Opereren en bestralen is voldoende. Op voorwaarde dat de okselklieren 'schoon' zijn."
Alleen wordt die behandeling nog niet toegepast in de praktijk. Wel begint er volgens Linn binnenkort een studie in Nederland, waarin vrouwen de kans krijgen om op de nieuwe manier behandeld te worden. De vooruitzichten zijn in elk geval hoopgevend. "Onderzoekers in Europa hebben ontdekt dat het risico op uitzaaiingen bij de groep met veel afweercellen na vijftien jaar slechts 2 procent is. Dat risico is heel laag."

Borstkankermaand: zo onderzoek je je eigen borsten
Immuuntherapie zet goede cellen aan tot actie
Sommige vrouwen hebben die afweercellen niet, of een beetje. Bij die groep kan immuuntherapie goed helpen. Die therapie zorgt er volgens Linn voor dat het eigen afweersysteem in actie komt om kankercellen te vernietigen. De behandelmethode wordt al succesvol ingezet tegen andere vormen van kanker, zoals long-, darm- en huidkanker.
Bij borstkanker is immuuntherapie nu nog geen standaardbehandeling in Nederland. "Op dit moment gebeurt het alleen nog in combinatie met chemo. In de toekomst willen we kijken of alleen immuuntherapie voldoende is en patiënten de chemo dus niet hoeven te ondergaan."
Een patholoog kan onder de microscoop zien wie veel, een beetje of geen afweercellen heeft. Om nog eerder en beter te selecteren wie baat heeft bij immuuntherapie zou daarvoor een test ontwikkeld moeten worden, vindt Linn. Dat moet ervoor zorgen dat er nog minder overbehandeld wordt.
Waarom het aantal afweercellen in de borst per vrouw verschilt, weten onderzoekers niet. "Dat is de million dollar question", zegt Linn. "Het zou fantastisch zijn als we dat zouden weten. Dan kun je echt aan preventie gaan doen."
Borst kan vaak behouden blijven
Uiteindelijk is een operatie nog steeds de belangrijkste behandeling bij borstkanker. Een chirurg haalt de tumor dan weg. Bestralen moet ook nog steeds, want sommige tumorcellen verplaatsen zich in de borst en die zijn alleen zo weg te krijgen.
Wel kan de borst vaker behouden blijven. "We opereren nu vooral borstsparend", zegt chirurg-oncoloog Bea Lemaire van het Elkerliek Ziekenhuis. "Amputaties komen nog steeds voor, maar wel minder dan vroeger. De verhouding is nu ongeveer zestig-veertig."
De laatste vijf tot tien jaar hebben chirurgen ook meer aandacht voor het reconstrueren van de borst. "Dat gebeurt steeds mooier. We opereren anders dan vroeger. We halen het gezwel er bijvoorbeeld aan de onderkant uit. De borst kan daarmee wel kleiner worden, maar de vorm blijft behouden. Zonder enorme deuk", vertelt de arts.
Operatieloos behandelen en vaccin nog ver weg
Een operatie, amputatie of borstsparende tumorverwijdering heeft maar een gedeeltelijke invloed op de overlevingskans van borstkankerpatiënten. Het hangt er vooral vanaf of er uitzaaiingen zijn. Die komen tegenwoordig wel minder vaak voor. Dat komt volgens Lemaire doordat de behandelingen zijn verbeterd. Het gevolg is dat chirurgen nu minder okseloperaties uitvoeren om (mogelijke) uitzaaiingen in de lymfeklieren. "Tot minder dan 5 procent", zegt Lemaire.
Bevolkingsonderzoek, waarvoor vrouwen vanaf vijftig jaar een uitnodiging krijgen, heeft eerder al voor een daling gezorgd van het aantal amputaties. Hierdoor wordt borstkanker eerder opgespoord dan vroeger.
Mogelijk hoeft er in de toekomst helemaal geen mes meer aan te pas te komen bij het behandelen van borstkanker. Maar die onderzoeken staan nog in de kinderschoenen. Onder meer het UMC Utrecht doet er nu een studie naar. Een borstkankervaccin, mogelijk ook een toekomstige optie, is nog ver weg.
NUjij: Uitgelichte reacties