Volgens Rutgers-directeur Ton Coenen zegt 39 procent van de negenhonderd ondervraagde kinderen seksueel getinte beelden te zien te krijgen als ze op zoek zijn naar iets anders. "Bij 31 procent laten anderen het zien en bij een kwart van de kinderen verschijnt het zomaar op het scherm", zegt hij tegen de NOS. Slechts 17 procent zoekt de beelden zelf op.

Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat de meeste kinderen de beelden even bekijken en ze dan weg klikken. 

De meeste van de kinderen zeggen thuis wel te praten over wat ze hebben gezien, maar sommigen praten er met niemand over en blijven met vragen zitten. "Hoe ouder ze zijn, hoe minder vaak ze het aan iemand vertellen. Een kwart vertelt er niets over."

Ruim de helft (55 procent) van de kinderen zegt op school geen les te krijgen over bloot- en seksbeelden. Bij leerlingen die in groep acht zitten is dat 40 procent. Voor hen is voorlichting wel erg belangrijk, zegt Coenen, omdat ze op het punt staan naar de middelbare school te gaan, waar ze in aanraking kunnen komen met fenomenen zoals sexting en grooming (digitaal kinderlokken). 

"Het is belangrijk dat ze al op de basisschool leren hoe ze hiermee kunnen omgaan", aldus Coenen.

Ook is er een belangrijke rol weggelegd voor ouders. Het plaatsen van een filter op de computer voldoet niet. "Kinderen zijn niet alleen thuis online; ook bij vriendjes, vriendinnetjes en op school. Ga met kinderen in gesprek over wat je kunt tegenkomen en hoe je daarmee kunt omgaan, over hoe je online met elkaar omgaat en over hoe je online je grenzen bewaakt", zegt Coenen.

Vandaag begint de Week van de Lentekriebels, waarin meer dan 2500 scholen les geven over relaties en seksualiteit. De projectweek wordt georganiseerd door Rutgers en de GGD en draait dit jaar om het thema 'respect'.