Kabinet zet eerste stappen om rekeningrijden in te voeren vanaf 2030
Momenteel betalen auto-eigenaren elk jaar een vaste belasting voor het bezit van die auto. Dat betekent dat iemand die bijna nooit in zijn auto rijdt evenveel betaalt als iemand die elke dag de weg op gaat. Het rekeningrijden gaat de motorrijtuigenbelasting vervangen. Hoe meer je vanaf 2030 gaat rijden, des te meer belasting je gaat betalen.
Om de oneerlijkheid weg te werken tussen de automobilist die elke dag op weg is en de plezierrijder die een keertje in de maand op pad is, wordt er al langer geroepen om een kilometerheffing. Vijfendertig jaar nadat zo'n systeem voor de eerste keer werd opgeworpen door toenmalig premier Wim Kok is het zover. Vanaf 2030 betalen mensen die vaker rijden meer belasting dan mensen die hun auto vooral aan de kant laten staan. De regeling geldt voor personenwagens en bestelauto's.
"In het dagelijks leven betaal je ook voor wat je gebruikt, bijvoorbeeld je boodschappen of je kleding", zegt Harbers. "Bovendien belasten automobilisten die vaker rijden het wegennet en de omgeving meer dan wie amper kilometers maakt."
Staatssecretaris Marnix van Rij (Financiën) voegt daaraan toe dat met het nieuwe systeem meer belasting wordt opgehaald. Dat compenseert het verlies aan brandstofaccijns nu steeds meer mensen kiezen voor een elektrische auto. Van Rij: "Dit jaar halen we zo'n 14 miljard euro op, waarvan ruim 4 miljard euro via de motorrijtuigenbelasting. Deze overheidsinkomsten op peil houden is één van de redenen om een nieuw systeem in te voeren. Straks betalen alle automobilisten, ook de elektrische rijders, belasting afhankelijk van hoeveel ze de weg op gaan."
Het systeem wordt budgetneutraal ingevoerd op basis van de autobelastingen van 2025. Daarna stijgt het kilometertarief jaarlijks mee met de groei van elektrische wagens om een terugval in inkomsten te voorkomen.
NUjij: Uitgelichte reacties