
Zonder loon naar huis: corona vergroot problemen in kledingindustrie uit
Britse retailer Next sloot in maart alle winkels in het Verenigd Koninkrijk, en deed ook in de rest van Europa veel van haar deuren dicht. In een persbericht liet het bedrijf weten dat het maar een deel van de bestellingen bij fabrieken had geannuleerd. "We hebben geprobeerd eerlijk te zijn tegenover onze leveranciers", schreef het modemerk.
Uit een overzicht van Reuters blijkt dat Next niet de enige is. C&A betaalt voor 93 procent van alle kleding die al klaarligt. Over de resterende 7 procent wordt onderhandeld. Wat nog in de maak was, wordt niet genoemd. Primark noemt geen percentages, maar belooft na "uitgebreid overleg" met leveranciers miljoenen ponden te betalen. Er valt naar te gissen of dat minder is dan eerst afgesproken. Mango betaalt alleen voor al verzonden bestellingen, en stelt de betaling uit voor kleding die nog in productie is.
Willen we echt zo verder? Dat kun je je als merk nu afvragen.
'Rekening wordt neergelegd in ontwikkelingslanden'
"De rekening wordt volledig neergelegd in ontwikkelingslanden", zegt Koen Oosterom van FairWear. De stichting helpt aangesloten merken om hun hele toeleveringsketen eerlijker te maken. Het omgekeerde is op dit moment namelijk de standaard.
Oosterom noemt Bangladesh als voorbeeld, waar zo'n vierduizend fabrieken staan, en een groot deel vergelijkbare producten kan maken. Zij worden door kledingmerken tegen elkaar uitgespeeld. "Er heerst een take it or leave it-mentaliteit. Als fabriek A niet voor 10 cent wil leveren, dan wil fabriek B wel." Fabrieken nemen dan ook vaak opdrachten aan onder de kostprijs. "Anders zitten ze met ongebruikte capaciteit. Het is dan beter om een klein verlies te accepteren."
Daarbij komt dat de producenten standaard achteraf betaald worden, terwijl zij wel eerst voor de kosten opdraaien. De problemen die dat oplevert worden nu uitvergroot, vertelt Oosterom. "Het risico ligt 100 procent bij de fabrieken. Ze krijgen vaak pas zestig tot negentig dagen na levering betaald. Nu veel merken hun bestellingen vanwege corona annuleren of uitstellen, krijgen ze dus niets."
De roep om verandering is volgens FairWear daarom relevanter dan ooit. "Willen we echt zo verder? Dat kun je je als merk nu afvragen. Alles staat momenteel stil, maar uit iets negatiefs kan iets positiefs komen."
We hebben de lonen van de werkers doorbetaald toen ze niet konden werken, want we willen ze behouden.

In Bangladesh protesteerden meer dan duizend kledingarbeiders op 20 mei omdat ze al maanden geen loon hebben ontvangen.
Stunten met 'eerlijke' kleding
Dat het anders kan, laat het Nederlandse pakkenmerk SuitSupply zien. Het bedrijf wordt vanwege duurzaamheid en eerlijke beloning gezien als voorbeeld voor de industrie. Toch springt de nieuwe campagne in het oog: een maatpak koop je bij het merk nu voor bijna de helft van het normale bedrag. Waar wordt de rekening neergelegd?
Volgens CEO Fokke de Jong levert het merk zelf in, en is met de vaste Italiaanse weverij een korting op de stoffen afgesproken. De lonen van arbeiders blijven gelijk. "Daar hebben we ook zelf belang bij. We werken al vijftien jaar met onze partners, hebben in fabrieken geïnvesteerd en daar mensen opgeleid. Daardoor kunnen we kwaliteit bieden. We hebben de lonen van de workers doorbetaald toen ze niet konden werken, want we willen ze behouden."
"Ik kan me heel goed voorstellen dat andere kleding minder skills vereist. Daardoor is het voor die bedrijven zakelijk gezien ook minder belangrijk om banden met fabrieken goed te houden", zegt de SuitSupply-oprichter. Dat ziet FairWear ook. "Als fabrieken als inwisselbaar worden gezien, wordt het voor met name fast fashion-merken heel aantrekkelijk om rond te shoppen voor de laagste prijs. Zo is het makkelijker om je minder ethisch te gedragen."
Eerlijk loon onderaan de prioriteitenlijst
Het loon van arbeiders bungelt nu nog bij veel merken onderaan de prioriteitenlijst. "Als je het eerlijk wilt doen, begint dat met de vraag wat de échte kosten van een product zijn. Daarbij zijn langdurige afspraken belangrijk. Zo worden fabrieken niet door onzekerheid gedwongen onder de kostprijs opdrachten aan te nemen."
"Op dit moment liggen de loonkosten tussen de 2 en 4 procent van de retailprijs, maar dat is niet leefbaar", stelt Oosterom. "Er is echt wel ruimte om de winkelprijzen omhoog te doen, of de keten efficiënter in te richten om kosten te besparen. En zelf iets minder winst maken kan natuurlijk ook."