
'Bouw moet komende jaren op zoek naar 55.000 nieuwe arbeidskrachten'
Vooral de komende twee jaar zijn er veel extra werknemers nodig, concludeert het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) donderdag in een onderzoek naar de bouwarbeidsmarkt. Het gaat om 20.000 extra krachten, naast zo'n 35.000 vervangende arbeidskrachten.
De instroom van nieuwe krachten komt echter maar mondjesmaat op gang, waardoor in 2018 en 2019 de spanning op de bouwarbeidsmarkt verder oploopt. Daarna komt deze "in rustiger vaarwater terecht", verwacht het EIB.
De bouwsector is hard geraakt door een zes jaar durende crisis. In die periode zijn veel arbeidsplaatsen verloren gegaan. Nu de economie weer is aangetrokken, is het aantal vacatures fors gegroeid, terwijl de werkloosheid gedaald is. Hierdoor lopen veel bouwbedrijven tegen personeelsschaarste aan.
Tijdens de crisis zijn in totaal 75.000 banen in de bouw verdwenen, waarvan 60.000 in de uitvoerende bouw. Dit is voor een groot deel opgevangen door natuurlijke in- en uitstroom.
In de periode 2018-2022 kan ongeveer 45 procent van de benodigde instroom worden gerealiseerd via de bouwopleidingen, verwacht het EIB.
Bouwend Nederland
''Het probleem is groter dan we eerst dachten. Twee jaar geleden gingen wij er nog vanuit dat er zo'n 40.000 mensen nodig waren'', zegt een woordvoerder van Bouwend Nederland. Inmiddels zijn al meerdere organisaties, waaronder ook het uitkeringsinstantie UWV, met rapporten gekomen waaruit de ernst van het tekort blijkt.
De instantie voert campagne om jongeren te stimuleren om een bouwopleiding te gaan volgen. De zegsman benadrukt dat er inmiddels signalen zijn dat scholen weer meer aanmeldingen krijgen. Ook mensen met afstand tot de arbeidsmarkt en vluchtelingen moeten vaker aan de slag in de bouw.
Verder halen bouwbedrijven arbeidskrachten uit het buitenland om de gaten op te vullen. En spant de sector zich in om mensen langer aan de slag te houden, door ze doorstroommogelijkheden te bieden naar een functie die beter aansluit op hogere leeftijden.