
Vincent van der Voort: 'Ik ben niet de beste, maar ik kan wel van iedereen winnen'
Vincent, op eerdere WK's heb je regelmatig last gehad van fysieke klachten. Hoe gaat het nu met je?
"Het gaat goed. En het gaat ook prima qua fitheid. Ik heb niet heel veel last van mijn rug op het moment. Mijn voet speelt af en toe wat op, maar verder heb ik niet veel te klagen."
Dit wordt alweer je 22e WK-deelname. Doe je nu veel dingen anders dan aan het begin van je loopbaan?
"Als je ziet wat een evolutie het darten heeft doorgemaakt... Dat is bizar. Toen ik net overstapte naar de PDC speelden we af en toe nog in kroegen. De laatste keer dat ik nu in een kroeg gespeeld heb, is vijftien à twintig jaar geleden. Daar kom ik nu nooit meer om te darten. Het is echt een compleet andere wereld aan het worden."
En wat het WK betreft?
"Het WK blijft altijd spannend. Je merkt het aan de media-aandacht, alles erop en eraan. Het WK is het toernooi van het jaar, dat telt gewoon. Vorig jaar was het heel zuur omdat ik eruit ging met corona. Daar heb ik best een tijdje mee gezeten. Nu krijg ik weer een nieuwe kans op het allermooiste podium dat er is. Daar moet het gebeuren en daar ben ik nu volledig mee bezig."
"Andere toernooien komen eigenlijk altijd in een reeks van toernooien. Nu speel je twee weken voor het WK helemaal niks en daarna ben je ook een maand vrij. Wereldkampioen, het woord zegt het al. Dat brengt iets met zich mee, dat is het mooiste wat er is."

Wereldkampioen worden, daar moet ook jij van dromen. Is het winnen van de wereldtitel voor jou mogelijk?
"Ik weet dat ik niet de beste darter van de wereld ben. Ik hoor ook niet bij de beste vier, vijf spelers. Maar ik weet wel van mezelf dat ik van iedereen kan winnen. Bij mij moet het kloppen op zo'n toernooi. Als de absolute top iets minder is, kan ik ze pakken en dan moet ik zorgen dat ik er ben."
"Het kan ook gebeuren dat er aan mijn kant van het schema een aantal goede spelers vroeg naar huis gaan. Dan zou ik er zo doorheen kunnen lopen en dan zijn er mooie dingen mogelijk. Maar ik moet wel realistisch zijn, want er zijn gewoon mensen beter dan ik. Op een goede dag kan ik van iedereen winnen, maar ik moet dan wel eerst zorgen dat ik zelf goed ben."
In hoeverre heb je daar invloed op, dat je zelf goed bent?
"Soms denk je dat je alles goed hebt gedaan, maar dan blijkt het toch niet te kloppen. En soms als je een beetje twijfelt, valt alles opeens op z'n plek. Vaak is het ook wel lekker als je met een beetje twijfel naar een toernooi gaat. Dan denk je: ik ga hier niet voor paal staan. Vaak maakt mij dat wel scherper."

En ga je dit jaar met een beetje twijfel naar het WK?
"Nee, om eerlijk te zijn ben ik behoorlijk zelfverzekerd. Maar het zou wel fijn als ik dat op het WK ook tegenover mezelf kan bevestigen. Die spanning, die druk, dat kriebelen. Als ik te zelfverzekerd of te relaxed ben, gaat het bij mij vaak mis. Dan wordt het te slap. Er moet spanning op staan. En die staat er ook wel op."
Veel mensen zullen jou ook kennen als een van de bekendste dartsanalisten. Hoe bevalt dat werk?
"Ik vind het wel leuk. Natuurlijk speel ik wel liever zelf, dat is duidelijk. Maar als ik dat niet hoef te doen, vind ik het wel leuk om in de studio te zitten. Het liefst zo laat mogelijk natuurlijk, dat zou betekenen dat ik ver in het toernooi kom. Als ik gestopt ben, kan ik dat werk altijd nog doen."
Tot slot, wanneer is het toernooi voor jou geslaagd?
"Dat kan ik nu echt nog niet zeggen. Ik kan er in de derde ronde uit gaan terwijl ik top heb gespeeld tegen iemand die beter is dan ik. Maar ik kan ook drie rondjes winnen zonder goed te spelen en daarna kansloos onderuitgaan. Het is voor mij niet van een ronde afhankelijk. Als ik naar mijn mogelijkheden gespeeld heb en iemand anders was beter, dan moet ik dat gewoon accepteren."