
Weinig lege klassen in eerste schoolweek, maar ventilatie niet overal op orde
In de eerste schoolweek na de sluiting was gemiddeld 92 procent van de leerlingen en 91 procent van de leraren op school, ziet de AVS. In december, toen werd besloten de kerstvakantie vanwege de omikronvariant met een week te verlengen, was zo'n 78 procent van de leerlingen en 80 procent van de leraren aanwezig op school.
Als een klas moest thuisblijven, dan was dat vrijwel in alle gevallen het gevolg van een docent die afwezig was vanwege het coronavirus. Dat gebeurde op 17 procent van de scholen, maar het ging altijd om één of meerdere klassen. In geen geval hoefde een hele school gesloten te worden.
Het kabinet besloot dat de scholen de deuren na de kerstvakantie weer mochten openen. Veel leraren hadden op dat moment al een afspraak voor een boosterprik gemaakt. Daarnaast gelden aanvullende maatregelen, waaronder het dragen van een mondkapje op middelbare scholen. Leraren in het basisonderwijs en leerlingen van groep 6, 7 en 8 krijgen het dringende advies om een mondkapje te dragen. Ook wordt dringend geadviseerd om twee keer per week een zelftest te doen.
Ventilatie nog vaak niet op orde
Daarnaast hebben scholen het advies gekregen om goed te ventileren. Het coronavirus kan zich namelijk ook via hele kleine druppeltjes in de lucht verspreiden. Dat ventileren kan via een ventilatiesysteem, maar het is ook mogelijk om luchtroosters of ramen open te zetten.
In de peiling laten de schooldirecteuren weten zich zorgen te maken over de ventilatie in hun gebouwen. Volgens de AVS is die op 45 procent van de ondervraagde scholen niet in orde. 15 procent van deze onderwijsinstellingen is daar wel mee bezig, maar is nog niet klaar.
Scholen kunnen subsidie krijgen om de ventilatie in orde te maken, maar moeten 70 procent van de kosten zelf betalen. "Als daar onvoldoende middelen zijn om dat eigen deel te betalen, dan zitten de leerlingen op die school dus letterlijk in de kou", schrijft de AVS.