
Kamer buigt zich over wetsvoorstellen coronapas: zo gaat dat in zijn werk
Het gaat om deze vier wetsvoorstellen:
- De uitbreiding van de huidige coronapas naar niet-essentiële winkels en niet-essentiële dienstverlening.
- De uitbreiding van de huidige coronapas naar de werkvloer.
- De uitbreiding van de huidige coronapas naar het hoger onderwijs.
- De invoering van de 2G-coronapas (alleen voor gevaccineerde en genezen mensen) op bijvoorbeeld festivals.
De Tweede Kamer stemde donderdag in met het eerste wetsvoorstel na een debat met demissionair minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid). Het is nu mogelijk de coronapas te verplichten in niet-essentiële winkels, zoals juweliers, kleding-, elektronica- en meubelzaken. Ook kan het toegangsbewijs gevraagd worden in de niet-essentiële dienstverlening. Dit zijn bijvoorbeeld sauna's en massage- en nagelsalons.
De coronapas wordt dus niet verplicht in essentiële winkels of bij essentiële diensten. Volgens het kabinet zijn dat locaties die voorzien in een eerste levensbehoefte, zoals de supermarkt, de apotheek of de bank.
Hoewel de Kamer de maatregel steunt, is nog niet duidelijk per wanneer, voor hoelang en waar je de coronapas precies nodig hebt. Dat moet nog geregeld worden in lagere wetgeving, een zogeheten ministeriële regeling. Het nu aangenomen wetsvoorstel geeft de regering dus vooral ruimte om een concrete maatregel te ontwerpen, die later kan worden ingevoerd.
In de toelichting op het wetsvoorstel wordt wel al het een en ander geschetst. Zo schrijft minister De Jonge dat het denkbaar is dat er onderscheid wordt gemaakt tussen soorten winkels, of op basis van oppervlakte. Ook kan de maatregel bijvoorbeeld alleen in bepaalde regio's gaan gelden.
De uitwerking vindt pas plaats op het moment dat de minister de wet daadwerkelijk wil gebruiken. Hierdoor kan de maatregel flexibeler worden toegepast. Stel dat de coronasituatie zeer ernstig is, dan zou de minister de coronapas mogelijk in meer niet-essentiële winkels verplicht willen stellen dan wanneer de coronasituatie minder nijpend is.
Het opstellen van zo'n regeling is ook minder tijdrovend dan het schrijven van een nieuw wetsvoorstel. Vandaar dat de wetgeving op deze manier wordt geregeld.
De Kamer heeft een week de tijd om zo'n regeling eventueel weg te stemmen. De specifieke maatregelen (bijvoorbeeld de uitbreiding van de coronapas op bepaalde plekken) worden over het algemeen aangekondigd op een persconferentie, waarna de ministeriële regeling naar het parlement wordt gestuurd. Dan vindt er ook een debat plaats. Als een meerderheid van de Kamer het niet eens is met de regeling, gaat de invoering niet door.
Het kabinet kan ook besluiten dat de regeling meteen ingaat, bijvoorbeeld om gevaarlijke situaties direct te stoppen. Ook dan heeft de Kamer een week om te besluiten of zij het eens is met de regeling. Als een meerderheid het ermee oneens is, gaat de maatregel de prullenbak in.
Wat is de 2G-regel en wat is het verschil met de 3G-regel?
- De G staat voor gevaccineerd, genezen of getest.
- De 3G-regel houdt in dat iedereen die kan bewijzen een van de drie te zijn, ergens naar binnen mag.
- Bij 2G wordt dat beperkt tot alleen mensen die gevaccineerd of genezen zijn. Een negatieve test is dan niet meer voldoende.
De komende week worden de andere drie wetsvoorstellen naar de Kamer gestuurd. Het gaat om het uitbreiden van de coronapas op de werkvloer, in het hoger onderwijs en het invoeren van de 2G-coronapas op niet-essentiële locaties waar het risico op besmetting groot is, zoals op festivals, in de kroeg en bij evenementen.
Minister De Jonge hoopt dat de Tweede Kamer de komende week over de wetsvoorstellen in debat wil. Als de wetten worden aangenomen, kunnen ze de week daarna behandeld worden door de Eerste Kamer.
Of deze planning gaat lukken, is onduidelijk. Aan de ene kant erkent de Kamer dat, gezien de coronasituatie, er haast geboden is. Aan de andere kant klonk afgelopen week veel kritiek op de haast waarmee het eerste wetsvoorstel behandeld werd. Aangezien de komende drie wetsvoorstellen nog ingrijpender zijn, wil de Kamer hier zorgvuldig naar kijken.
Als de wetten worden aangenomen, betekent dit niet dat ze voor altijd van kracht zijn. Op een persconferentie wordt vaak aangekondigd voor hoelang bepaalde maatregelen minstens gelden. Bij de avondklok was dit over het algemeen drie weken. Op een nieuw weegmoment wordt dan bekeken of de maatregel verlengd wordt.
Sowieso vallen alle coronamaatregelen die wettelijk geregeld moeten worden onder de Tijdelijke wet maatregelen covid-19. Deze wet is steeds drie maanden geldig en kan pas na goedkeuring door de Tweede en Eerste Kamer verlengd worden.
