
Geen 1,5 meter meer went snel, 'maar handen schudden komt vrijwel niet terug'
De coronamaatregelen zorgden voor veel onderzoeksonderwerpen voor onder meer de sociale wetenschap. Want in hoeverre laten mensen hun gebruiken los en komen die vanzelf weer terug?
Zo onderzocht Henk Aarts, hoogleraar gedragswetenschappen aan de Universiteit Utrecht, of mensen in coronatijd van plan waren zich aan de coronamaatregelen te houden en in hoeverre ze dat ook daadwerkelijk deden.
"Wat we ontdekten, is dat als je mensen vraagt om gedrag te veranderen, ze daar in het begin moeite mee hebben en er echt over moeten nadenken hoe ze dit doen. Maar op een gegeven moment gaat dat vanzelf. En dan zie je dat mensen binnen twintig weken (de duur van het onderzoek, red.) een nieuwe gewoonte kunnen opbouwen", aldus Aarts.
Dat had met name betrekking op het houden van afstand: mensen zijn van nature gewend om dicht bij elkaar te zijn en naar elkaar toe te lopen. "Zeker in Nederland, waar we op een kluitje leven."
Mensen die bewust nieuwe gewoonten hebben aangeleerd, vervallen uiteindelijk weer in oude patronen zodra de natuurlijke manier van handelen weer mogelijk is. "Ik zie dat mensen nu toch weer bij elkaar komen", zegt de hoogleraar.
Maar niet iedereen leert zo'n nieuwe gewoonte weer af. Aarts wijst naar onder anderen kwetsbare personen, voor wie de noodzaak om afstand te houden groter is dan voor anderen. "Zij hebben de gewoonte zich daardoor ook meer eigen gemaakt dan niet-kwetsbaren."

Dit deed de coronapas met de vaccinatiegraad in andere landen
'Het geven van een hand gaat er grotendeels uit'
Hoe zit het dan met het geven van handen en drie kussen - gebruiken die voor corona heel normaal waren? Het geven van een hand gaat er grotendeels uit, denkt Aarts, "net als het zoenen met Nieuwjaar".
Want hoewel het geven van een hand aangeleerd is, zijn er best veel mensen die het niet prettig vinden, zegt hij. "Het heeft een heel andere betekenis dan omarmen of knuffelen. Het geven van een hand is aangeleerd en meer symbolisch, bijvoorbeeld bij een zakelijke transactie."
Tijdens de coronapandemie hebben mensen ontdekt dat er een nieuwe norm gecreëerd kan worden als een groot deel van de groep iets wil. "Als we met zijn allen vinden dat het geven van een hand niet meer nodig is of dat het smerig is, dan komt dat niet terug."
Terugvallen in oude gewoonten gaat gemakkelijk
Wander Jager, als universitair hoofddocent sociale complexiteit verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, denkt dat de wijze van begroeten vooral een rol speelt bij mensen die elkaar voor het eerst ontmoeten. "In bestaande netwerken met familie en vrienden heb je de gewoonten al. Bij het ontmoeten van nieuwe mensen kun je wat sneller ongemakkelijke situaties ervaren, bijvoorbeeld als je uit gewoonte uitgestoken hand wordt geweigerd."
Of het schudden van handen door een ander gebaar vervangen gaat worden, is maar de vraag. Aarts denkt dat het geven van een boks zal blijven bestaan. Dat ziet hij niet alleen op het voetbalveld, waar de hoogleraar coacht, maar ook daarbuiten.
Dat we elkaar massaal begroeten met een elleboog, zoals in het begin van de crisis werd aangeraden, ziet de hoogleraar niet gebeuren. "En het begroeten met voeten is helemaal geen interessante trend geworden."
De wijze waarop iemand begroet, is onderdeel van een gewoonte, zegt Jager. "Je kunt van tevoren wel over zo'n situatie nadenken en een bepaalde handeling willen doen, maar als je er daadwerkelijk in terechtkomt, dan kun je heel gemakkelijk terugvallen in een oude gewoonte."
Terugkeer gaat 'soepeltjes', maar heeft even de tijd nodig
Dat de 1,5 meter zaterdag losgelaten wordt, betekent niet dat mensen massaal deze gewoonte laten vallen. Dat heeft ook tijd nodig, legt Aarts uit. Toch denkt hij dat het niet lang gaat duren. "Hoe snel mensen teruggaan naar het oude normaal is voor een groot deel afhankelijk van hoe de omgeving is ingericht en van afspraken die we met elkaar maken. Ik vermoed dat dit in een land als Nederland, waar men grotendeels in steden woont en de infrastructuur ook maakt dat het houden van afstand vrijwel onmogelijk is, weleens snel kan gaan zijn".
Ook Jager verwacht dat het "heel soepeltjes gaat". "Het is een wijziging die op dat moment wordt doorgevoerd, maar ik denk dat je op dit moment al ziet dat veel mensen zich hier niet meer aan de anderhalvemetermaatregel houden."
"Je ziet het nu ook al bij bijeenkomsten, zoals de Formule 1 in Zandvoort", vervolgt hij. "Als je ziet hoe de mensen zich daar gedroegen, dan gedragen ze zich gewoon zoals altijd."
Grote evenementen zijn nog wel een punt, ziet Aarts. "Mensen zijn terughoudender geworden om zich in grote massa's te bevinden. Je ziet dat het rond voetbalstations ook nu pas drukker wordt. Mensen zijn nu wel doordrongen van het feit dat ze moeten oppassen met massa's. Dat is er echt ingepeperd en ik denk dat dat nog wel even blijft."

NUjij: Uitgelichte reacties