
NU+ 'Carrière maken' in Qatar: zo belanden arbeidsmigranten in de Golfstaat
Precies twaalf jaar geleden, op 2 december 2010, kreeg Qatar het WK toegewezen. Op deze datum valt ook de Internationale Dag tegen Uitbuiting en Afschaffing van Slavernij. Daarom besteedt NU.nl vandaag aandacht aan de schending van mensenrechten van arbeidsmigranten in Qatar.
De Zuid-Nepalees Ram Pukar Sahani verloor dit jaar zijn vader. Die werkte tijdens de voorbereidingen op het WK op een bouwplaats in Qatar en stierf tijdens zijn dienst aan een hartaanval. Van een collega van zijn vader in Qatar hoorde Sahani het nieuws. Volgens Sahani heeft de werkgever nooit de moeite genomen om de familie in te lichten.
Het verhaal van Sahani is tekenend voor de verhalen van de vele Zuid-Aziatische families die dierbaren hebben verloren in Qatar, vertelt een lokale onderzoeker van Human Rights Watch aan NU.nl. De organisatie doet onderzoek in de regio's waar veel van de gastarbeiders in de Golfstaat vandaan komen, waaronder Nepal, India, Bangladesh, Sri Lanka en Pakistan.
De meeste van de arbeidsmigranten komen uit arme dorpen waar weinig werk is en waar nauwelijks sociale vangnetten bestaan. "Deze mensen zien - ook als ze de risico's kennen van de arbeidsomstandigheden in Qatar - geen andere optie dan naar de Golfstaat te vertrekken", zegt Midden-Oostenonderzoeker Floor Beuming van Amnesty International. Ze moeten vaak een hele familie ondersteunen en willen bovendien hun kinderen naar school sturen, ook als dat betekent dat zij elkaar jarenlang niet zullen zien.
Bureaus in herkomstlanden werven arbeidskrachten
In herkomstlanden zit er er een verdienmodel achter de arbeidsmigratie naar het Midden-Oosten. Commerciële wervingskantoren die met uitzendbureaus zijn te vergelijken, zijn actief op zoek naar arbeiders. Ze richten zich op mannen met lage inkomens, die geschikt zijn voor fysieke arbeid en een 'carrière' in Qatar wel zien zitten. Omdat deze kantoren vooral in de grote steden zitten, trekt een dalal (lokale agent) naar de dorpen en probeert die daar mensen te werven voor een baan in de Golfstaat. Vanwege het relatief hoge salaris dat de bureaus beloven, is daar veel animo voor.
De wervingskantoren regelen vervolgens het papierwerk, zoals een werkvergunning, een gezondheidsverklaring, een visum en de vlucht. De kosten hiervoor, zogeheten 'commissies', variëren van 1.000 tot 4.000 dollar (950 tot 3.800 euro). Hoewel Qatarese wetgeving het verbiedt, draaien de werknemers daar vaak zelf voor op.
Omdat arbeidsmigranten dat geld vaak zelf niet hebben, lenen zij het van vrienden en familie of schakelen ze lokale, 'professionele' geldschieters in. Volgens HRW vragen die soms een rente tot wel 36 procent. Het zorgt ervoor dat werknemers met hoge schulden aan hun baan in Qatar beginnen, waarvoor zij vaak meer dan een jaar moeten werken om die af te lossen.
"Ze kunnen hun baan niet opzeggen, omdat de schuld anders op de schouders van de familie terechtkomt", zegt Jan Kooy van Human Rights Watch. "Zelfs als iemand in Qatar overlijdt, moet de familie elke openstaande schuld afbetalen." En wanneer zij daar niet toe in staat zijn, kunnen ze alles kwijtraken.
Volgens de organisaties grijpen herkomstlanden niet genoeg in, omdat hun economie deels afhankelijk is van het geld dat arbeidsmigranten vanuit het buitenland naar huis sturen. Zo zijn deze geldstromen naar Nepal bijvoorbeeld goed voor een kwart van het bruto binnenlands product (bbp).

Dwangarbeid komt nog steeds voor in Qatar
Als arbeidsmigranten eenmaal aankomen in Qatar, pakt de geschetste carrière vaak minder rooskleurig uit dan verwacht. Salarissen vallen lager uit, de werkdagen zijn lang en zwaar en vrije dagen zijn schaars.
Hoewel het beruchte kafalasysteem - waarin werkgevers alle macht hebben over werknemers - in 2020 is afgeschaft, komen er in de praktijk nog vergelijkbare wanpraktijken voor. Zo blijven werkgevers volgens Amnesty zoeken naar manieren om de touwtjes in handen te houden.
Het kafalaysteem
- De meeste Golfstaten hanteren het beruchte kafalasysteem (vrij vertaald: sponsorschap) Mensenrechtenorganisaties omschrijven het vaak als moderne slavernij.
- Arbeidsmigranten hebben in het kafalasysteem praktisch geen rechten. In Qatar mochten migranten niet van baan wisselen of zonder toestemming van hun werkgever het land verlaten. Arbeiders die dat toch probeerden, liepen het risico opgepakt en veroordeeld te worden.
- Officieel schafte Qatar het kafalasysteem in 2020 onder grote internationale druk af. Maar volgens mensenrechtenorganisaties worden de rechten van arbeidsmigranten nog steeds niet gerespecteerd.
'In hoeverre is het nog vrijwillig als je geen andere keuze hebt?'
Onderzoek van Amnesty laat zien dat arbeiders soms meer dan tachtig uur per week werken en dat het maanden kan duren voordat ze eens een dag vrij hebben. Ook zijn er nog steeds werkgevers die paspoorten afnemen en salaris inhouden als iemand zich ziek meldt.
Volgens Beuming is dat een vorm van dwangarbeid. "Het plaatst mensen in een kwetsbare positie waarin teruggaan haast onmogelijk wordt. Velen hebben nog schulden bij de bureaus in het thuisland en worden in die zin gedwongen om door te gaan met het vaak veel te zware werk", zegt Beuming. "In hoeverre is het nog vrijwillig als je geen andere keuze hebt dan door te werken?"
Het is bekend dat het werk zijn tol eist. Onderzoek van The Guardian toonde eerder aan dat sinds de toewijzing van het WK meer dan 6.700 arbeidsmigranten zijn overleden. Mogelijk is het werkelijke aantal doden groter, maar dat is lastig hard te maken doordat de Qatarese overheid geen doodsoorzaak bijhoudt. Qatar zelf zegt op dit moment dat tussen 2014 en 2020 honderden arbeiders zijn overleden. Volgens HRW is er grote onduidelijkheid over de doodsoorzaak van zo'n vijftienduizend niet-Qatarezen die tussen 2010 en 2019 zijn omgekomen.

Na toewijzing WK voerde Qatar hervormingen door
Met alle ogen gericht op het mensenrechtenbeleid voerde Qatar de laatste jaren hervormingen door. Daardoor verbeterden de omstandigheden voor sommige arbeidsmigranten, zien mensenrechtenorganisaties. Het land maakte afspraken met de International Labour Organisation (ILO) en schafte het kafalasysteem af.
Er kwam een minimumloon van 278 euro en een compensatiefonds voor gastarbeiders en hun familieleden. Maar volgens zowel Amnesty als HRW zitten daar nog wel haken en ogen aan. In de praktijk wordt loon nog weleens ingehouden en krijgen niet alle nabestaanden en gewonde of op een andere manier gedupeerde arbeiders compensatiegeld. Kooy: "Die hervormingen gaan de goede kant uit, maar ze zijn too little, too late. Er zijn al te veel slachtoffers gevallen."
Deze omstandigheden zijn niet uniek in de regio. Meerdere Golfstaten kennen een traditie van arbeidsmigratie en kafala. Volgens Beuming en Kooy is dit WK in Qatar dan ook een les voor de volgende keer. Beiden wijzen op buurland Saoedi-Arabië, dat zich net als Egypte en Griekenland voorbereidt op een bid voor het WK in 2030. In Saoedi-Arabië en Egypte is het al dan niet slechter gesteld met de rechten van arbeidsmigranten. Kooy: "Dit mag nooit meer gebeuren."
Zo kwam dit verhaal tot stand:
- NU.nl sprak uitvoerig met een lokale afdeling van Human Rights Watch, die de werving van arbeidsmigranten onderzoekt. Op verzoek noemt NU.nl hun namen niet (hun identiteit is wel bekend bij de redactie).
- Daarnaast interviewden we in het Midden-Oosten gespecialiseerde onderzoekers van Clingendael, Amnesty International en Human Rights Watch.
- Ook hebben we verschillende rapporten en onderzoeken van onafhankelijke instanties geraadpleegd.
Ga gratis verder
Log in of registreer gratis op NU.nl en krijg toegang tot extra artikelen
NUjij: Uitgelichte reacties