De twaalf Nederlandse inzittenden, bestaande uit drie gezinnen met in totaal vijf kinderen tussen de negen en dertien jaar oud, vertrokken vrijdag gezamenlijk vanuit de Peruaanse stad Iqa voor een twaalf uur durende busrit richting Arequipa. Ruim achttien uur later dan gepland kwamen zij daar pas aan.

Het gezelschap stuitte tot twee keer toe op een wegblokkade, die was opgeworpen door tegenstanders van de komst van een lokale kopermijn. Het duurde steeds uren voordat de demonstranten de bus lieten passeren.

"De eerste keer stonden we ongeveer tien uur stil vlak bij een dorpje waar nog wel wat water te koop was. De tweede keer stonden we ongeveer acht uur stil in de woestijn waar niets was en waar we vanwege het donker ook niet naar buiten mochten", vertelt Van Winkelhof.

Omkeren was geen optie, omdat aan beide zijden van de bus wegversperringen waren geplaatst. Volgens Van Winkelhof kwamen ook honderden auto's en bussen, waaronder veel touringcars, stil te staan.

Het gezin beleefde hachelijke uren in de bus. Hun voedselvoorraad raakte op en het gezin had nog maar een paar flessen water. Daarna liepen ook de batterijen van hun telefoons leeg. Ondanks dat de bus urenlang geen kant op kon, was de sfeer gelaten, aldus Van Winkelhof.

Een van de wegblokkades waar de Nederlanders op stuitten. (NU.nl/Marlies van Winkelhof)

Vrijdag, toen de groep vertrok, werd er al gewaarschuwd voor de wegblokkade. Daarna kwam het nieuws dat de blokkade was opgeheven, en de demonstranten hun zin hadden gekregen. Dit bleek niet te kloppen.

De Nederlandse ambassade in Peru nam na melding van vastzittende Nederlanders "direct contact op met de Peruaanse autoriteiten", liet een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken NU.nl in een reactie weten. Volgens Van Winkelhof zei de ambassade pas iets te kunnen doen voor de groep als sprake zou zijn van een medisch noodgeval.

Volgens de zegsvrouw waarschuwde het ministerie Nederlandse reizigers eerder dit jaar al voor "sociale onlusten en wegblokkades", met name in de regio Puno, dat grenst aan Bolivia. Het reisadvies voor Peru werd om die reden verhoogd naar geel, wat betekent dat er veiligheidsregio's zijn.

Het ministerie adviseert Nederlanders die Peru bezoeken om voor de reis het reisbureau om actuele reisinformatie te vragen. Negen van de gedupeerde reizigers boekten bij reisorganisatie Riksja Family. NU.nl kon de organisatie zondag niet bereiken voor een reactie.

De lokale bewoners van Arequipa, in het zuiden van Peru, strijden al tien jaar lang tegen de komst van een in hun ogen megalomaan mijnbouwproject, genaamd Tia Maria. Het Mexicaanse bedrijf Southern Copper wil graag koper delven in het landbouwgebied, maar de bevolking vreest dat daardoor de gewassen en de watervoorziening in gevaar komen.

De afgelopen week zijn de protesten rond het mijnbouwproject weer opgelaaid. Op verschillende plaatsen kwam het tot confrontaties tussen tegenstanders van de mijn en de oproerpolitie. Dat gebeurde nadat de Peruaanse regering van president Martin Vizcarra Southern Copper een bouwvergunning had toegezegd.

De lokale autoriteiten, die de bevolking van Arequipa steunen, vroegen de regering onlangs om de bouwvergunning in te trekken. Afgelopen woensdag liet Vizcarra weten dat hij zijn besluit zal heroverwegen. Ook het mijnbouwbedrijf zei niet te zullen beginnen met het graven van de mijn totdat het de steun heeft van de lokale bevolking.

Het koperproject moet ruim 1,25 miljard euro gaan kosten en ruim 120.000 ton koper per jaar op gaan leveren. Als het aan Southern Copper ligt, gaat de mijn in 2022 open.

Demonstranten protesteren tegen de komst van de Tia Maria-kopermijn in Arequipa. Zij doen dat door onder andere wegen te blokkeren. (Foto: Reuters)

Verbetering: In het artikel stond eerst vermeld dat alle gedupeerde Nederlanders een reis hadden geboekt bij reisorganisatie Riksja Family, volgens het bedrijf zelf gaat het echter om negen reizigers. De informatie is aangepast.