
FBI doet onderzoek naar bedreigingen joodse instellingen VS
Maandag werden er nog bommeldingen gedaan bij elf joodse centra. Ook werden op zeker één joodse begraafplaats in St. Louis meer dan honderd zerken vernield. Voor de dreigementen en vernielingen zijn nog geen arrestaties verricht.
De dreigementen en bommeldingen hebben tot veel onrust geleid onder de joodse gemeenschap. Ook is de gemeenschap boos op president Trump, die zich in hun ogen te afzijdig opstelde.
Uiteindelijk veroordeelde de president het geweld dinsdag in een toespraak. "Het antisemitisme dat de joodse gemeenschap heeft getroffen is vreselijk en pijnlijk", stelde Trump. "Het is een bewijs dat er nog veel moet worden gedaan voordat alle haat en vooroordelen en kwaad de wereld uit is."
Trump deed zijn uitspraken tijdens een bezoek aan het National Museum of African American History.
Kritiek
Het feit dat Trump zich tot nu toe weigerde uit te spreken over antisemitisme, kwam hem eerder ook al op veel kritiek te staan. Dat hij tijdens de Holocaust-herdenking eind januari de zes miljoen door de nazi’s gedode joden niet noemde, leidde tot negatieve reacties. Het Witte Huis stelde in een reactie dat de nazi’s niet alleen joden hadden gedood tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Tijdens een recente persconferentie met premier Benjamin Netanyahu gaf Trump daarnaast een ontwijkend antwoord op een vraag over de stijging van het aantal antisemitische incidenten in de VS.
'Te laat'
De zalvende woorden die Trump dinsdag uitsprak, werden gemengd ontvangen. Het Anne Frank Center in New York, een belangrijke Amerikaanse joodse instelling, liet in een verklaring weten dat de kritiek van Trump op de antisemitische incidenten "te gematigd en te laat” kwam.
Een aantal naaste adviseurs van Trump, zoals Steve Bannon en Steven Miller, behoren tot de alt-right-beweging, die veel aanhang heeft onder extreemrechtse en ook antisemitische groeperingen.
