
Onderwijsorganisaties kritisch op subsidies voor lezen, schrijven en rekenen
Bestuurder Thijs Roovers van de Algemene Onderwijsbond (AOb) wil de verwachtingen temperen. "Extra geld is op zich heel fijn, en het is goed dat er aandacht is voor basisvaardigheden. Je mag een gegeven paard niet in de mond kijken. Maar we hopen dat het gepaard gaat met een plan voor de langere termijn", zegt hij.
Op de lange termijn hebben scholen vooral behoefte aan personeel, ziet Roovers. "Ze hebben een lerarentekort, want soms staan er onbevoegde mensen voor de klas. Dit geld is tijdelijk, en als er geen mensen zijn kun je er niet zoveel mee."
Kinderen lesgeven gebeurt in de klas, benadrukt de bestuurder. "Kinderen hebben een stabiele basis nodig. Die moet op orde zijn. De basis is een school met muren en stenen, een klas met een leerkracht die snapt hoe je lessen voorbereidt, die een situatie creëert waarin een kind kan leren. Dat los je niet op met een boekje of een leuke activiteit."
De koepel van basisscholen, de PO-Raad, is het daarmee eens. "Waar we kritisch op zijn, is dat het weer om een tijdelijke subsidie gaat", zegt een woordvoerder. "Als je wil dat basisvaardigheden zoals lezen structureel verbeterd worden, moet je structureel investeren."
Het basisonderwijs krijgt verschillende subsidies. "Maar daar kan je geen vaste leraar voor aannemen", zegt de woordvoerder.
Ook de organisatie voor middelbare scholen, de VO-raad, wil dat er structureel genoeg geld naar scholen gaat om de basisvaardigheden te verbeteren, "in plaats van incidentele financiering voor een deel van de scholen."
Verdeling van geld is 'punt van zorg'
Bij de eerste subsidieronde besloot het ministerie te loten wie geld zou krijgen. Dat is nu van tafel, scholen moeten een plan indienen en het ministerie selecteert. Daar is de PO-Raad blij mee. "Loting betekent dat de subsidiegelden niet terechtkomen waar ze het hardste nodig zijn, maar bij scholen die geluk hebben", zegt de woordvoerder.
Roovers maakt zich zorgen waar het subsidiegeld terechtkomt. "Wie profiteert hier het meest van? Als je een school leidt en geld hebt, maar geen leraren hebt om bijles te regelen, snap ik dat je je toevlucht zoekt tot commerciële bureaus. Zij weten hoe je dat moet aanbieden. Daar zit een winstoogmerk achter. Dat is een punt van zorg."
Scholen die volgens de Inspectie van het Onderwijs minder goed presteren krijgen 500 euro per leerling. Met dit geld kunnen ze de basisvaardigheden verbeteren, bijvoorbeeld door extra lessen te geven aan kleinere groepjes en leraren bij te scholen.
Daarnaast kunnen deze scholen een 'basisteam' over de vloer krijgen. Dat helpt leerlingen met lezen, schrijven en andere basisvaardigheden.
Onderwijsminister Wiersma verdeelt voor het komende schooljaar 332 miljoen euro. Het jaar daarop staat er net zo'n subsidiepot klaar. Dat is fors meer dan de 224 miljoen euro die voor dit jaar is verdeeld.
Wiersma verwacht de komende twee schooljaren ongeveer 2.200 basisscholen en middelbare scholen en 650.000 leerlingen te kunnen helpen met de subsidie. Hij betaalt dit met geld dat eerder al in het regeerakkoord is vrijgemaakt. Dit jaar maakt ongeveer een derde van de scholen gebruik van deze regeling.