
Antiracismecoördinator: 'Alledaags racisme lastig uit te roeien: zit tussen de oren'
U heeft deze compleet nieuwe functie stevig op de kaart gezegd, hoor ik van betrokken organisaties. U was zichtbaar, niet bang om pittige uitspraken te doen, actief, betrokken en ook nog eens prettig om mee samen te werken. Wat vindt u zelf van uw eerste jaar als regeringscommissaris?
"We zijn er als team in geslaagd de discussie over discriminatie en racisme op de agenda te zetten én te houden. Eerlijk gezegd was ik een beetje bang dat dat niet zou lukken. We zijn in Nederland een meester in het wegkijken voor dit maatschappelijke probleem."
"Mensen die discriminatie en racisme ter sprake brengen, zetten we in Nederland weg door het probleem te bagatelliseren. We roepen dat ze blijven hangen in een zogenaamde 'slachtofferrol'. Te lang heb ik dat in Nederland meegemaakt. Ons land erkent racisme en discriminatie niet zo makkelijk."
"Maar tijdens mijn eerste jaar als Nationaal Coördinator ben ik prettig verrast. Discriminatie en racisme is niet alleen op de bestuurlijke en politieke agenda's gekomen, maar heeft daar ook nog eens prioriteit gekregen."
"Ook de samenleving is heel betrokken om dit maatschappelijke probleem aan te pakken. Dat heb ik gemerkt tijdens mijn meer dan honderd gesprekken in het hele land. Ik vind daarom dat mijn eerste jaar succesvol is geweest."

Dit jaar ging er veel aandacht naar wat er mis is bij grote organisaties, zoals de ministeries, gemeenten, de Belastingdienst en het kabinet. Maar u maakt zich de laatste tijd ook boos over alledaags racisme, discriminerende opmerkingen op straat, tussen mensen onderling. Vanwaar die boosheid?
"Ik realiseerde mij door het pas verschenen rapport over alledaags racisme bij het ministerie van Buitenlandse Zaken dat dit aan de orde van de dag is. Maar of je het nou leuk vindt of niet, we zijn een multicultureel land. Al zeker veertig jaar. Waarom vernederen we elkaar dan? Waarom beledigen we elkaar met woorden die ik hier niet eens durf te herhalen? Waarom sluiten we elkaar uit? Je zou dat ontmenselijking kunnen noemen."
"Soms spreken mensen mij aan op straat. Een moslimvrouw vertelde mij dat ze werd bespuugd en uitgescholden omdat ze een hoofddoek droeg. Dat is alledaags racisme. Net als apengeluiden maken in een voetbalstadion. Dat maakt mij boos."
"Institutioneel racisme staat op papier. Het is beleid bij een organisatie, zoals een ministerie. Dat kun je vervangen door beleid dat niet discrimineert."
"Maar alledaags racisme zit tussen de oren van mensen. Het komt door een onterecht superioriteitsgevoel. Daarom is het nog moeilijker uit te roeien: je moet hiervoor constant in gesprek blijven met heel veel mensen in plaats van 'een paar' organisaties."
Het 'hol van de leeuw' is in dit geval heel Nederland.
Wat gaat u tegen dat alledaags racisme doen?
"Dit bestrijden is ook een opdracht voor alle 17,8 miljoen inwoners van Nederland. Daarom ga ik regelmatig in zogenoemde 'townhall-sessies' in verschillende gemeenten in gesprek met belangstellenden."
Het heeft toch geen zin om alleen in gesprek te gaan met belangstellenden? Hoe overtuig je de mensen die er niet aan willen?
"Ik organiseer die gesprekken juist op plekken waar ik 'niet-willers' denk te vinden. Maar je vergist je als je denkt dat ik daarvoor naar het 'hol van de leeuw' reis. Alledaags racisme zie je niet alleen in, ik zeg maar iets, Staphorst of Heerlen. Het is er verdikkeme ook in het zeer multiculturele Amsterdam. En in Den Haag, op de werkvloer van het ministerie van Buitenlandse Zaken nota bene. Het 'hol van de leeuw' is in dit geval heel Nederland."
"Dit is het collectieve ongemak dat wij in Nederland hebben. Om alledaags racisme te erkennen, herkennen en erover te leren praten."
"Ik ga niet bij mensen langs om te zeggen dat ze racisten zijn als ze bananen gooien of antisemitisch doen tijdens een voetbalwedstrijd. Maar ik zeg wél dat ze daarmee gebruikmaken van racistische mechanismen. Dan valt er een pijnlijke stilte."
Ik kan nu zeggen: er moet iets gebeuren, want de premier zegt het namens de Staat.
Op de dag dat het kabinet excuses aanbood voor de slavernij, zei u dat dat uw werk makkelijker maakt. Hoe zit dat?
"Er is erkenning gekomen. Het kabinet heeft zelfs gezegd dat het Nederlandse slavernijverleden een misdaad tegen de mensheid is en nog altijd doorwerkt in de vorm van discriminatie en racisme in het heden."
"Daarmee heeft premier Mark Rutte het volk een spiegel voorgehouden. Hij geeft ons een zetje in de rug om te erkennen dat er nog steeds werk te verrichten is voor een samenleving waarin iedereen gelijk is en gelijkwaardig behandeld moet worden."
"Doordat de premier leiderschap heeft getoond met zijn uitspraken worden de discussies over discriminatie en racisme voor mij eenvoudiger. Ik kan nu zeggen: er moet iets gebeuren, want de premier zegt het namens de Staat."
U krijgt naast veel lof ook kritiek. Discriminatie van mensen met een beperking, zogenoemd validisme, krijgt onvoldoende aandacht.
"Dat raakt mij. Want de vertegenwoordigers van mensen met een beperking hebben gewoon gelijk met hun kritiek op mij. Er staat te weinig over discriminatie van de ruim anderhalf miljoen mensen met een beperking in mijn eerste actieprogramma tegen discriminatie en racisme."
"Terwijl hun problemen niet te ontkennen zijn. Te vaak kijken we met een medische blik naar mensen met een beperking. We denken in de samenleving te weinig aan hun mogelijkheden, bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt."
"Maar ik hoop op begrip: ik kan niet alles tegelijk doen. Ook discriminatie van Roma en Sinti krijgt bijvoorbeeld nog te weinig mijn aandacht. Rond Roma en Sinti doet Nederland het erg slecht vergeleken met de rest van Europa. Ook daarmee moet ik nog aan de slag."
Hoe staat het eigenlijk met het actieprogramma dat u drie maanden geleden presenteerde?
"Elk betrokken ministerie is in ieder geval met een of meer van de vele actiepunten begonnen. En eind vorige maand hebben alle ministeries, vijf provincies, meer dan veertig gemeenten, alle waterschappen en een aantal andere organisaties een afspraak ondertekend om hun 85 miljard euro per jaar aan inkoopopdrachten alleen te gunnen aan bedrijven die kunnen aantonen dat ze niet discrimineren."
"Dat betekent dat je er bij die duizenden bedrijven zeker van kunt zijn dat je een eerlijke kans krijgt als je solliciteert, wie je ook bent. Maar ook dat je met een rolstoel gewoon hun bedrijfspand kunt binnenrijden. Dat vind ik een succes."
"Bovendien kan ik controleren of de ondertekenaars hun afspraken nakomen. Bijvoorbeeld via hun jaarverslagen."
"Maar soms heb ik ook 'nee' moeten horen. Neem het dragen van een hoofddoek door politiemedewerkers en boa's. Dat wil de minister van Justitie niet. Daar neem ik geen genoegen mee, want in het Verenigd Koninkrijk kan het wel."
Heeft u door dat soort weerstand weleens overwogen de handdoek in de ring te gooien?
"Heel veel mensen hebben aan mij en mijn stijl moeten wennen. In de samenleving is dat denk ik redelijk soepel verlopen. Maar bij de ministeries ging dat moeizamer. Er was, laten we zeggen, geduw en getrek."
"Tussen april en juni heb ik daardoor weleens met mijn hoofd in mijn handen gezeten. Hoe moest ik in godsnaam ambtenaren en politici voor mij winnen? Maar het is uiteindelijk grotendeels gelukt. Ik heb daarbij nooit aan opgeven gedacht. Zo zit ik niet in elkaar."
NUjij: Uitgelichte reacties