
Succesvolle stikstofactivisten nu in beroep tegen ondergrondse CO2-opslag
Volg het nieuws rond de stikstofuitstoot
"Dit is voor ons een testcase", zegt Johan Vollenbroek van MOB tegen NU.nl. "We willen dat de rechter bepaalt of op grond van de nieuwe stikstofwet die in juli inging, dit soort projecten gerealiseerd mogen worden."
Vollenbroek kreeg landelijke bekendheid toen hij met succes het stikstofbeleid van de overheid aanvocht. In mei 2019 stelde de Raad van State dat beleid buiten werking, met enorme gevolgen. De bouwsector lag maandenlang stil, boeren kwamen in opstand en de maximale snelheid op de Nederlandse snelwegen werd verlaagd tot 100 kilometer per uur om zo de stikstofuitstoot te verlagen.
Met name oliebedrijven, zoals Shell en ExxonMobil, zouden gebruik gaan maken van de CO2-opslagplekken in de Noordzee. Vollenbroek noemt het bouwproject "een schijnoplossing voor de klimaatcrisis" en "een duur megalomaan project".
De initiatiefnemers, naast het havenbedrijf ook Energie Bedrijf Nederland (EBN) en Gasunie, denken daar heel anders over. Zij stellen dat bedrijven in het havengebied "tijd nodig hebben om nieuwe CO2-arme technieken te ontwikkelen en testen en om de installaties aan te passen". Om de klimaatafspraken voor 2030 te realiseren is het volgens hen noodzakelijk CO2 onder de grond op te slaan.
Nabijgelegen natuur heeft al zwaar te lijden onder stikstof
De pijplijn leidt naar voormalige gasvelden 20 kilometer buiten de kust. Omdat bij de aanleg van de pijplijn stikstof wordt uitgestoten, leek het project in te gevaar te komen. In de nabijheid van de Rotterdamse haven ligt namelijk natuurgebied Solleveld & Kapittelduinen, dat al zwaar te lijden heeft onder de stikstofuitstoot en dat volgens MOB niet nog verder kan worden belast.
Porthos (de samenwerking tussen Havenbedrijf Rotterdam, Gasunie en EBN) dacht dit probleem te omzeilen door stikstofrechten te gebruiken van het bedrijf Gate terminal op de Maasvlakte. Stikstofrechten zijn rechten die te ruim zijn afgegeven, en dus ongebruikt zijn. MOB verzette zich tegen deze constructie omdat zo op grond van rechten die alleen op papier bestonden stikstofuitstoot mogelijk wordt die de natuur extra zou belasten.
Vervolgens werd door Porthos een andere uitweg gevonden. Op grond van nieuwe regels die door het demissionaire kabinet zijn ingevoerd, is het toegestaan tijdens een bouwproject stikstof uit te stoten omdat dat tijdelijk en beperkt in omvang is, dat wordt een 'partiële vrijstelling' genoemd. Negatieve effecten van stikstofuitstoot kunnen buiten beschouwing worden gelaten, zo is de redenering.
Niet verschuilen achter boekhoudkundige trucs
Opnieuw is MOB het hiermee oneens. Volgens de milieuorganisatie moet Porthos kijken naar de werkelijke gevolgen van de stikstofuitstoot voor natuurgebieden in plaats van zich te verschuilen achter boekhoudkundige trucs.
Volgens MOB moet verder niet alleen worden gekeken naar de stikstofuitstoot tijdens de bouw, maar ook in de periode daarna. Bedrijven hebben volgens Vollenbroek op grond van de Wet natuurbescherming de verplichting om "een passende beoordeling" te maken.
Een woordvoerder van Porthos laat weten het vervolg van de procedure met vertrouwen tegemoet te zien. "We nemen alle mogelijke maatregelen om stikstofuitstoot tegen te gaan. Tijdens de bouwfase komt een geringe hoeveelheid stikstof vrij, niet bij de opslag van de 37 miljoen ton CO2 in de jaren dat het project operationeel is."