Overzicht: Procedures rond Joris Demmink
Demmink (1947) studeerde rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden.
Tot november 2013 was hij tien jaar lang secretaris-generaal, de hoogste ambtenaar, op het ministerie van Veiligheid en Justitie.
Hij heeft ruim dertig jaar op het departement gewerkt in diverse functies. Zo was hij directeur-generaal Rechtspleging en hoofd van de directie Politie.
Vervolging
Het Hof in Arnhem heeft het Openbaar Ministerie (OM) op 21 januari 2014 opdracht gegeven om Demmink te vervolgen voor misbruik van minderjarigen.
Demmink is vele jaren lang beschuldigd van pedofiele contacten en (seksueel) misbruik van minderjarigen. Uit eerder onderzoek van justitie zouden geen strafbare feiten naar voren zijn gekomen. Ook onderzoek door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) heeft eerder niet geleid tot strafrechtelijke vervolging.
Advocaat van Demmink in de strafzaak is Mischa Wladimiroff.
Civiele procedure
Stichting De Roestige Spijker heeft een civiele procedure aangespannen tegen Demmink, om een Amerikaanse documentaire openbaar te maken, waarin de gepensioneerde ambtenaar ervan wordt beschuldigd meerdere malen ontucht of seksueel misbruik te hebben gepleegd met minderjarige jongens.
Omdat Demmink de openbaarmaking onrechtvaardig vindt, wil de stichting ''zijn juridische positie bepalen'' met de verhoren. Overigens staat de documentaire al op YouTube.
Begin maart staan de eerste verhoren gepland bij de rechtbank in Utrecht. Het gaat om een Nederlandse man die zegt in Nederland door Demmink te zijn misbruikt. Maar ook om twee rechercheurs die eind jaren negentig betrokken waren bij een onderzoek naar een jongensbordeel.
Uiteindelijk werd alleen de bordeeleigenaar veroordeeld, maar meerdere hooggeplaatste personen zouden het bordeel hebben bezocht. Volgens advocaat Matthijs Kaaks hebben de rechercheurs na afloop van het onderzoek een geheimhoudingsverklaring moeten tekenen.
Overlap
Volgens Kaaks is de vervolging van Demmink door het OM strikt juridisch gezien gescheiden is van de civiele zaak. In het strafrecht geldt bovendien een zwaardere bewijslast. ''Maar er is duidelijk overlap. De verhoren in Utrecht gaan voor een belangrijk deel over feiten die in Nederland hebben plaatsgevonden, maar deels ook over de zedenmisdrijven die in Turkije zouden zijn gepleegd'', zegt hij.
In de civiele procedure moet een Turkse mensenrechtenadvocaat worden gehoord. Zij diende een klacht in tegen het besluit van het OM in Turkije om af te zien van vervolging van Demmink. ''De beslissing van het gerechtshof in Arnhem om Demmink te vervolgen, werpt meteen een ander licht op de diverse andere beschuldigingen, die in de loop der jaren zijn geuit, zoals de smaadzaak die Demmink zelf in Rotterdam heeft aangespannen tegen het AD'', zegt Kaaks.
Demmink zelf sleepte zelf het AD voor de rechter, hij wil vanwege een publicatie een ton van de krant zien. Ook die zaak loopt nog.