
Peugeot 206, Ford Focus en Volkswagen Golf II: deze modellen vieren jubileum
Je zou het haast vergeten, maar de Peugeot 205 is alweer veertig jaar oud. De auto wordt als redder van het merk Peugeot gezien. Tijdens de ontwikkeling van de 205 stonden de zaken bij moederbedrijf PSA (inmiddels Stellantis) er niet best voor, mede veroorzaakt door de overname van Simca/Talbot. Bovendien mocht in het actuele, ietwat stoffige modellenaanbod van 104, 305, 504/505 en 604 best een frisse wind gaan waaien.
Toch verliep het begin stroef. De 205 werd géén Auto van het Jaar 1984, want die eer was nota bene aan concurrent Fiat Uno voorbehouden. Ook in Nederland verliepen de verkopen aanvankelijk moeizaam. De eveneens verse Opel Corsa deed het beter.
Pas met het actiemodel Accent - een iets aangeklede basismodel, maar met de uiterlijke kenmerken van de GTI, zoals met rode biezen ingelegde bumpers - ging het beter. Ook successen in de rallysport deden een duit in het zakje. De 205 bleef maar gaan en rolde 5,3 miljoen keer van de banden in Frankrijk, Spanje, Iran, Chili en Uruguay. Niet voor niets is de bijnaam van de 205 in Frankrijk 'Sacré Numéro', oftewel het heilige nummer.

Succes dankzij een olifant
Opvallend genoeg viert ook zijn directe opvolger, de Peugeot 206, dit jaar een jubileum: Het model is 25 jaar oud. In de vroege jaren negentig nam eerst de Peugeot 106 het stokje van de 205 over. Zoals het typeplaatje al doet vermoeden, bleek de 106 wat lager in de markt gezet. Een legende vervang je dan ook niet zomaar. Pas in 1998 stofte Peugeot de tweenulserie weer af met de 206.
Het succes van dat model was enorm. Volgens schattingen is de grens van twaalf miljoen plus aanverwante modellen inmiddels gepasseerd, waarmee de 206 de succesvolste Franse auto ooit is. In Nederland eindigde het model ook meermaals aan kop van de verkooplijst. Zijn verre nazaat, de Peugeot 208, zet dat succes voort.
Net als de 205 was ook de 206 een succesvolle rallyauto. Daarnaast baarde Peugeot opzien met de coupé-cabrioversie van de 206. Ook was er een sedan en zelfs een stationwagonvariant beschikbaar. Minstens zo beroemd is het reclamespotje voor de 206, waarin een man in India zijn eigen auto met behulp van een olifant weet om te bouwen tot iets wat op een 206 lijkt.
Niet de mooiste Golf, wel een hele goede
De tweede generatie van de Volkswagen Golf viert dit jaar zijn veertigste verjaardag. Hij zal niet de boeken ingaan als mooiste Golf, maar hij was kwalitatief wel een heel stuk beter (roestbescherming) én degelijker. Hij werd gebouwd tussen 1983 en 1992 en je komt hem nog regelmatig tegen als dagelijks vervoermiddel. Met meer dan 6,3 miljoen exemplaren was het, op de Golf I na, ook de succesvolste Golf ooit.
Het bewezen concept van generatie I - dwarsgeplaatste watergekoelde motor voorin, voorwielaandrijving, sportieve én dieselversies - werd voortgezet en uitgebreid. In de Golf II maakte een zestienkleppenmotor zijn debuut (GTI-16V), evenals een turbodiesel, al dan niet voorzien van een intercooler. Ook was een katalysator voor het eerst verkrijgbaar.
Volkswagen leverde de Golf II ook als Country-versie. Deze Golf stond een flink stuk hoger op zijn poten. Daar kijken we tegenwoordig niet meer van op. Sterker nog, dat is anno nu doorslaggevend voor succes. In de jaren tachtig werd er op hoge modellen neergekeken.

Focus moest Ford van stoffige imago afhelpen
Pech voor Ford: het kondigde rond 1990 met veel tamtam de nieuwe Escort aan, maar diens uiterlijke en innerlijke wijzigingen waren te miniem om pers en publiek te enthousiasmeren. Toen kort daarna Volkswagen met de Golf III kwam en Opel de Astra F voorstelde, werd de nog jonge Escort massaal over het hoofd gezien. Enkele facelifts boden weinig soelaas (al was de Escort vanaf 1995 sterk verbeterd), zodat Ford niet anders kon dan met een leeg vel papier aan zijn opvolger beginnen.
Toen dat papier was volgetekend, stond daar in 1998 de Focus: een nieuwe naam, een totaal nieuw gezicht - vergeet ook het apart vormgegeven dashboard niet - en bijzonder fijne rijeigenschappen. De Focus werd het jaar erna uitgeroepen tot Auto van het Jaar.
Overal ter wereld waar Ford actief was, werd de Focus aangeboden. Dat resulteerde erin dat de Focus in 2001 en 2002 de bestverkochte auto ter wereld was. Gek was dat niet: een gelikt uiterlijk, een keur aan motoren, uitrustingsniveaus en carrosserievarianten, en een prettig prijskaartje zorgden ervoor dat vele brave huisvaders zich dankzij de uitstekende wegligging coureur konden voelen. Was er dan niets op de Focus aan te merken? In het begin kennelijk niet, maar later wel, want deze eerste generatie bleek opvallend roestgevoelig.
