AIVD mag journalisten afluisteren
Het hoogste rechtscollege van Nederland bevestigde hiermee de uitspraak die het gerechtshof in Den Haag in augustus 2006 deed, in een geschil tussen dagblad De Telegraaf en de Nederlandse staat.
De AIVD besloot begin 2006 twee journalisten van de krant af te luisteren, nadat zij informatie uit vertrouwelijke, staatsgeheime stukken van de BVD (voorganger van de AIVD) hadden gepubliceerd.
Protest
De Telegraaf spande uit protest tegen het afluisteren een gerechtelijke procedure tegen de Staat aan, die de AIVD vertegenwoordigt.
De verslaggevers Joost de Haas en Bart Mos schreven begin 2006 dat staatsgeheime dossiers van de BVD over 'topcrimineel'Mink K. in handen van criminelen waren gevallen. De journalisten hadden de documenten zelf ook in hun bezit gekregen.
Miljoenen
De krant meldde onder meer op basis van de documenten dat de groep van K. miljoenen reserveerde voor het omkopen van politie- en justitiepersoneel.
Met het geld kocht Mink K. onder meer politiedossiers. Ook zouden liquidaties zijn uitgevoerd met door de politie in beslag genomen wapens, die voor de gelegenheid werden 'uitgeleend'. Er is later echter nooit hard bewijs voor deze vermeende corruptie op tafel gekomen.
Publicatie
Voordat De Haas en Mos overgingen tot publicatie, meldden de verslaggevers hun bevindingen aan de AIVD. De inlichtingendienst is toen een eigen onderzoek naar het lekken van deze gevoelige informatie begonnen.
Bevoegdheden
Volgens het hof in Den Haag had de AIVD in deze kwestie de mogelijkheid om bijzondere bevoegdheden, zoals afluisteren, aan te wenden. De Hoge Raad is het daar dus mee eens.
Europees Hof
De Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) overweegt de stap naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens te maken. "Daar beraden we ons nu op", reageert NVJ-secretaris Bianca Rootsaert op de uitspraak.
De vakbond vindt nog steeds dat journalisten niet zo maar kunnen worden afgeluisterd, "al begrijpen we ook dat we in Europa met antiterrorismemaatregelen te maken hebben."