
UNICEF-directeur bezoekt rampgebied Turkije: 'Kinderen zijn heel angstig'
Wat is je indruk van het gebied dat je donderdag bezocht?
"Hele wijken zijn weg. Het rampgebied is groter dan ik me kon voorstellen. Gebouwen zijn weggevaagd. Er zijn ook veel huizen waar de zijkant uit is geslagen. Dat lijken een soort poppenhuizen, met een keuken, een bankstel en spulletjes. De mensen die er woonden hadden een normaal leven, maar van de ene op de andere dag hebben ze niets meer."
"De mensen in het gebied zijn nog steeds erg bang. Er zijn constant naschokken. Ook bij kinderen zie je de angst als ze aardbevingsgeluiden horen."
De aardbevingen in Turkije en Syrië
- De aardbeving vond plaats op 6 februari om 4.17 uur (lokale tijd) en had een magnitude van 7.8 tot 8.0. De daaropvolgende dagen volgden nog een aardbeving en zware naschokken.
- Vooral delen van Zuid-Turkije en Noord-Syrië werden getroffen. Het epicentrum lag in de Turkse provincie Hatay.
- Het dodental in Turkije staat op ruim 48.000. 6.600 van die dodelijke slachtoffers kwamen uit het buitenland, voornamelijk Syrië. In dat land zelf zijn tot dusver zo'n 6.000 doden geteld.
- Er zijn in Turkije ruim 430.000 tenten opgezet. Miljoenen mensen leven in tenten of zijn naar andere steden vertrokken.
- Door het grote aantal beschadigde en verwoeste scholen is het onderwijs van 4 miljoen kinderen getroffen.
2,5 miljoen kinderen in het aardbevingsgebied hebben hulp nodig. Wat doet UNICEF voor hen?
"We doen veel aan psychosociale zorg voor kinderen in de opvangcentra. De centra bestaan uit containers en tenten en staan verspreid over het hele aardbevingsgebied. Daar kunnen kinderen elke dag een paar uur tekenen, spelletjes doen en een beetje ontspannen. We leren ze hoe ze kunnen omgaan met hun traumatische ervaringen."
"We proberen elke dag te kijken hoe het echt met deze kinderen gaat. Als kinderen grote trauma's hebben, schakelen we psychologen in om hen te helpen met het verwerken daarvan. Er staan ook genoeg hulpverleners uit andere gebieden klaar. Wij proberen de kinderen die deze hulp nodig hebben er allemaal uit te vissen."
"Verder moeten we meisjes en jonge vrouwen beschermen tegen seksueel geweld, ontvoering en uitbuiting. We weten dat zij meer gevaar lopen na een ramp zoals deze. Als grote groepen mensen lijden aan stress, schaarste en verveling, én dicht op elkaar zitten, moet je heel goed op de meisjes letten. We proberen vervelende situaties te voorkomen, door onder meer hulpverleners te trainen om signalen op te pikken."
"Kinderen moeten verder snel weer naar school en hun ritme oppakken. School biedt zoveel meer dan alleen kennisontwikkeling. Op school is ook psychosociale zorg en veiligheid. Bovendien krijgen ouders zo de rust en ruimte om te kijken of zij weer kunnen werken. Schoolgebouwen die nog overeind staan worden gelukkig steeds vaker weer gebruikt."

Waar hebben de kinderen in het aardbevingsgebied het meeste last van?
"We zien kinderen die heel erg angstig zijn en bijvoorbeeld last hebben van nachtmerries. Ze reageren sterk op geluid en gaan dan snel naar hun ouders. Maar vooral de jonge kinderen kunnen ook gewoon spelen alsof er niets aan de hand is."
"Oudere kinderen vanaf een jaar of tien zijn vaak erg van slag. Zij zijn hun ruimte kwijt, hebben geen privacy en kunnen nergens met elkaar heen. Ook zijn ze hun sociale leven kwijt."
"Sommigen van deze tieners zijn erg in de war of reageren een beetje dof. Ze zijn niet actief en kunnen hun gevoelens bij de aardbeving niet onder woorden brengen. Deze jongeren hebben de paniek bij hun ouders gezien, zijn uit de gebouwen gekomen en zijn over dode mensen heen gestapt. Dat hakt er erg in op die leeftijd."
In de regio zijn ook veel vluchtelingenkampen met vooral Syriërs. Hoe gaat het met de kinderen daar?
"Er is een verschil tussen de Turkse kinderen en de Syrische kinderen in de kampen. De Syrische kinderen zijn daar geboren of hebben al een oorlog meegemaakt. Zij hebben te maken met een opeenstapeling van problemen. Dat hebben de Turkse kinderen niet. Zij zijn daar pas na de aardbeving gekomen. Maar ze hebben wel een trauma voor de rest van hun leven."
"Wat scheelt is dat de aardbeving in de kampen minder schade heeft aangericht, doordat er vooral containers en tenten staan. De scholen waren wel even gesloten vanwege de grote toestroom van kinderen. Sinds de heropening wordt er een dagdeel in het Arabisch lesgegeven en een dagdeel in het Turks."
"Ik vind het wel spannend hoelang dit goed blijft gaan. Iedereen heeft een trauma en zit dicht op elkaar. Nu wordt er nog genoeg voedsel uitgedeeld, maar dat houdt een keer op. En als er schaarste komt, gaan mensen toch anders naar elkaar kijken."
"Ik maak me ook zorgen over de beperkte voorzieningen, zoals de tenten en het sanitair. Hoelang moeten mensen nog zo wonen? Voordat alles weer is opgebouwd, zijn we zo tien jaar verder."